Wat is de essentie van de Bhagavad Gita

Van 24 tot en met 28 april ,wordt in de conferentie zaal van de Medische Faculteit van de ADEK , reeds voor de 5e maal een 5 daagse Bhagavad Gita Seminar gehouden. U kunt er nog naar toe. Aanvang: 18 uur.

Hier is wat achtergrond informatie over de Bhagavad Gita .
Een grote krijger Arjun, die tegen het onrecht strijdt, wordt plotseling overwonnen door verdriet. Hij moet een oorlog voeren tegen iedereen om wie hij gaf – zijn neven, leraren, ooms, klasgenoten. Door de emoties overmand, zoekt hij een uitweg om de oorlog te voorkomen.
Daarop neemt zijn guru Shri Krishna hem op een les door het leven. In 18 hoofdstukken geeft de Gita een intense analyse van het leven, emoties en ambities. Hier een poging tot samenvatting.

Wat leren wij uit de Bhagavad Gita ?

Veel plezier in uw werk.
Veel van ons kijken naar het resultaat als we werken. Wat de Gita zegt is dat het werk zelf aangenamer is dan de resultaten. Laat het fruit niet het doel van uw handelingen zijn, daardoor zal u niet verbonden zijn met het niet doen van uw plicht. Met andere woorden, geniet van het plezier van de reis meer dan alleen de bestemming. Grote artiesten, grote strijders en grote wetenschappers doen wat ze doen omdat het proces van creatie zelf zo aangenaam is voor hen. Als je deze artiesten observeert hoe die hun werk doen, dan zien wij dat de actie glorierijker is dan wat het eindresultaat zou kunnen brengen.

Beheersen van de emoties.
Een goed deel van de Gita gaat over het beheersen van emoties en hechting . Paniek en emotionele aanvallen kunnen een echte moordenaar zijn in veel beroepen, van strijders tot investeerders. De Bhagavad Gita maakt gebruik van honderden voorbeelden om mensen te kalmeren, om weerbaar te leren denken en de emotionele achtbaan te overwinnen, zelfs in het zicht van ontberingen. De ontwaakte wijzen roepen een persoon wijs wanneer al zijn intenties vrij zijn van angst over de uitkomst.
Hoe de emotionele rollercoaster te vermijden .
Het is gemakkelijker om te zeggen dat je kalm moet blijven, maar moeilijker om het te bereiken. De Gita gaat in op de praktische aspecten hoe de emotionele uitbarstingen te vermijden. Het suggereert een scala aan praktische dingen zoals Ashtanga yoga en de selectie van juiste voedingsmiddelen. De Gita categoriseert voedsel in 3 soorten – Sattva ((fruit, groene groenten, melk), Rajas (pittige voedingsmiddelen, steroïden) en Tamas (vetzuren, overblijfselen). Van Sattva ontstaat wijsheid en hebzucht uit Rajas, niet coherent , waanzin en onwetendheid ontstaan vanuit Tamas.

Niet het leven van een andere imiteren.
Een krijger kon het boerenleven zo vredig en gelukkig zien. Een boer kon het leven van de strijder zo energiek en actief zien. Aan het einde zijn beide even belangrijk. In plaats van naar het groene gras aan de andere kant te kijken , let er liever op om met je vaardigheden het beste te bereiken. Het is beter om je eigen lot onvolmaakt te leven dan om een perfecte imitatie van het leven van iemand anders te leven.

Zorg ervoor dat u uw doelen niet voorbij schiet vanwege imitatie.
Overmeesterd door verwarring, geven wij onze dromen en doelen op, zodat we een betere persoon kunnen zijn (een modern voorbeeld is van Facebook-status en peer-pressure). We worden afgehouden van ons doel, niet door obstakels, maar door een duidelijke weg naar een minderwaardig doel.

Behandel iedereen en alles gelijkwaardig.
De Gita besteedt een hoofdstuk over hoe iedereen hetzelfde te behandelen. Als je als je vriend of vriendin behandelt gelijk jezelve , heb je innerlijk minder schuld of emotionele spoken te bevechten . Hij alleen die waarlijk God ziet in elk schepsel , hij alleen berokkent geen schade aan zichzelf of anderen. ‘

Doe goed en kijk niet om.
Dit is een universele religieuze wijsheid . De Gita gaat hier echter heel diep in om dit onderwerp in zijn verschillende vormen te behandelen. Het maakt de materie veel praktischer en logischer dan het alleen maar als een moreel gezegde te erkennen . Een cadeau is puur wanneer het op het juiste moment en uit de juiste plaats van het hart aan de juiste persoon wordt gegeven, en wanneer we er niets voor terug verwachten.

Blijf altijd aan zet. Blijf niet steken in overanalyse.
Vooral onder de deskundigen hebben we een vooroordeel om meer kennis te verwerven dan kennis te nemen. We zoeken veel comfort in het praten en analyseren van dingen in plaats van erop te reageren en te handelen. De Gita doet een aanval op dat soort houding. De onvolwassenen denken dat kennis en actie verschillend zijn, maar de wijze zien ze als hetzelfde.

Loop nooit weg van je plicht.
Het meest waar de Gita over praat, is de nakoming van de plichten. Zodra u een plicht heeft , gebruikt u nooit een paralyse- analyse als excuus om weg te lopen van het doen van goede dingen. Je zou misschien een ander zijn plicht willen hebben, in plaats van de jouwe,ook al zou je de plicht van een ander heel goed kunnen doen. Of je zal in tegenstrijdigheid verdrinken. En er zal geen einde zijn aan je lijden.

Er is altijd een grotere kracht.
Vaak raken we verward en wanhopig. Wij denken dat alles hopeloos is en willen de handdoek in de ring gooien. We denken dat de slechte troepen zullen winnen en we er niets aan kunnen doen. De Gita zegt dat als je je plicht op de beste manier blijft volgen er altijd een grotere macht zal zijn, die de waarheid zal beschermen. Kortom, stop nooit de oorlog tegen het onrecht, alleen omdat je vijand zo formidabel inschat .

yada yada hi dharmasya
glanir bhavati bharata
abhyutthanam adharmasya
tadatmanam srjamy aham

Om de vrome te bevrijden en de misdadigers te vernietigen, evenals de principes van de waarheid te herstellen, kom Ik van tijd tot tijd op aarde.
Elementen van de Gita hebben een aantal leiders geïnspireerd, van Mahatma Gandhi tot Robert Oppenheimer (vader van de Atoom-bom) en creatieve werken die zoals Star Wars en Walden , en naar filosofische scholen zoals het Zen Budhisme.

Promotie mevrouw R.K. Algoe

De computer leert denken als een rechercheur

Computers kunnen steeds beter foto’s interpreteren. De politie kan daar haar voordeel mee doen bij onderzoeken.

Oefening baart kunst. Dat geldt voor mensen, maar ook voor computers. Dus als je wilt dat een computer herkent dat er bijvoorbeeld een wapen op een foto staat, dan moet je eerst heel veel voorbeelden van wapens tonen.

Op de Amerikaanse Stanford-universiteit zijn ze om die reden bezig geweest met het invoeren van miljoenen gelabelde foto’s van allerlei voorwerpen en alledaagse taferelen. Van die database wordt nog steeds wereldwijd gebruikgemaakt. Straks ook door de onderzoekers van het ‘Politielab’, een samenwerking tussen de Nationale Politie en wetenschappers via Amsterdam Data Science.

In dat lab gaan drie onderzoekers zich bezighouden met de vraag hoe techniek de politie kan helpen efficiënt alle relevante informatie uit in beslag genomen apparaten te halen. Voor Marcel Worring, hoogleraar informatica aan de UvA en een van de initiatiefnemers van Amsterdam Data Science, bekend terrein. “De technieken die we daarvoor gebruiken zijn niet nieuw. Ze zijn wel een stuk beter geworden. Kon een computer eerst nog maar een antwoord geven op de vraag wat er op een foto staat, nu herkent hij losse elementen, en zegt hij bijvoorbeeld: er staan hier vier personen op, een boom een auto.”

Wat is de grootste uitdaging van het project met de politie?

“De computer is steeds beter geworden in het herkennen van wat er op een foto staat, en het begrijpen van onze taal. De volgende belangrijke stap is de verbanden tussen beeld en taal maken. Een foto met daarop een wapen kan een andere lading krijgen als daar een bepaalde tekst bij staat.

“Datzelfde geldt voor het zien van patronen. De computer moet gaan herkennen dat er plotseling een reeks foto’s op dezelfde plek is genomen. Dat kan aan de hand van geografische gegevens in smartphones, maar ook door te herkennen dat bepaalde elementen op twee foto’s hetzelfde zijn. Een zelfde gebouw bijvoorbeeld.”

Heeft de politie wel wat aan de al bestaande database van Stanford? Het zijn niet altijd alledaagse dingen waar agenten naar op zoek zijn in strafrechtelijke onderzoeken.

“Over het algemeen geldt: hoe meer elementen de tools kunnen herkennen, hoe makkelijker het wordt om nieuwe dingen te leren. De politie kan dus voor hen relevante beelden toevoegen, zoals bepaalde wapens.”

Is de computer beter in de analyse dan een mens?

“Ik heb altijd gezegd: de computer is dommer dan de mens, alleen wel veel sneller. Maar computers beginnen langzaam op ons in te lopen. Ze zien patronen die je als mens niet makkelijk zult herkennen. Waar de computer alleen absoluut niet tegenop kan, is de ervaring en het onderbuikgevoel van een rechercheur die belast is met het onderzoek naar een in beslag genomen apparaat. Die onderbuikgevoelens kun je niet in regels vatten, dus kun je het een computer niet leren.”

Is het dan straks de techniek die bepaalt of iemand vervolgd gaat worden?

“De interpretatie van de bevindingen moet altijd aan mensen overgelaten worden. Het is niet zo dat de computer straks kant-en-klaar bewijsmateriaal gaat afleveren in de rechtszaal. Een voorbeeld: een computer kan wel constateren dat criminelen opeens een nieuw woord gaan gebruiken en de rechercheur daarop wijzen. Maar begrijpen dat ze daarmee op drugs doelen, is een tweede.”

Bron: https://www.trouw.nl/home/de-computer-leert-denken-als-een-rechercheur~ae42a61d/

Na 100 dagen was geen enkele president minder geliefd dan Donald Trump

TRUMP PRESIDENT Volgende week zaterdag is Donald Trump 100 dagen Amerikaans president. Nooit in de moderne geschiedenis was een VS-president onpopulairder. Zijn basis is echter tevreden met Trump, al kon hij die in zijn eerste drie maanden in het Witte Huis niet verbreden. Dat zijn de voornaamste conclusies van een peiling van de krant Washington Post en de zender ABC, die vandaag publiek werd gemaakt.

Slechts 42 procent steunt het beleid van Trump, dat is het slechtste resultaat na de eerste 100 dagen als Amerikaans president in de periode sinds Dwight D. Eisenhower. Drieënvijftig procent keurt de politiek van Trump af. Ter vergelijking: het slechtste resultaat voor Trump na ongeveer 100 dagen in functie was volgens de Washington Post voor de Democraat Bill Clinton. Zijn koers werd in april 1993 afgekeurd door 39 procent. Rond deze tijd acht jaar geleden scoorde Barack Obama 69 procent op de populariteitsmeter, bij slechts 26 procent viel zijn beleid in slechte aarde.

Vraag: Keurt u de manier waarop Donald Trump zijn job doet als president goed of af?

Achterban tevreden

Maar bij zijn achterban ligt Trump nog steeds goed. In die groep kan hij bij 94 procent op goedkeuring rekenen voor zijn koers. Bij de Republikeinen ligt dat op 84 procent. Op de vraag of ze spijt hebben van hun keuze voor Trump antwoordde twee procent met ja, 96 procent blijft achter hun stem staan. Hetzelfde percentage zou Trump ook herverkiezen. Dat is een betere score dan voor zijn Democratische rivale Hillary Clinton. Volgens de Washington Post zou 83 procent van haar kiezers zich opnieuw achter haar scharen.

Trump ging op 29 januari aan de slag als Amerikaans president.

Bron: http://www.hln.be/hln/nl/39002/Donald-Trump/article/detail/3140307/2017/04/23/Na-100-dagen-was-geen-enkele-president-minder-geliefd-dan-Donald-Trump.dhtml

Welbeschouwd zijn mensen gelijker dan dieren

Samenwerken aan de gezondheid van mens en dier: het klinkt mooi, maar kan het? Daarover gaat morgen de Dag van de Milieufilosofie.

De zomer van 1959 verliep in Nederland zeer zonnig en heel droog. Mensen bestreden de warmte door ongekend veel ijsjes te eten. Maar de recordzomer zorgde ook voor narigheid. Zo was er een grote uitbraak van salmonellabesmettingen. Salmonella is een bacterie die voorkomt in de darmen van dieren en die mensen ziek kan maken als ze die binnenkrijgen. Volgens het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde was er verband tussen het warme weer en de vele ziektegevallen. “Men moet aannemen, dat er door de hoge temperaturen op de weg van de koelruimten en abattoirs tot de verbruiker – bij transport, in de winkel, in de keuken – zoveel gelegenheid voor groei van salmonella’s is geweest, dat een aantal mensen met een voldoende hoeveelheid kiemen zijn geïnfecteerd om met ziekte te reageren.”

De salmonella-uitbraak van 1959 komt aan de orde in het proefschrift waarop historica Floor Haalboom dit najaar in Utrecht hoopt te promoveren. Ze onderzocht hoe er in Nederland wordt gereageerd op zoönosen – ziekten die van dier op mens worden overgebracht. Morgen spreekt ze erover op de Dag van de Milieufilosofie in Amsterdam. Haalboom verdiepte zich behalve in salmonella ook in runder-tbc en de ‘gekkekoeienziekte’ BSE. Ze bracht in kaart welke partijen zich mengen in de discussie over de aanpak van de ziekte en wie dat debat uiteindelijk wint.

Twee partijen, zegt Haalboom, voelen zich de eigenaar van het probleem als er een ziekte van dieren op mensen overspringt. Aan de ene kant staat de landbouw (boeren en hun vertegenwoordigers, veeartsen en andere deskundigen), aan de andere kant de volksgezondheid. Voor de boeren is de ziekte en de bestrijding en preventie daarvan een economisch vraagstuk, voor de medici een gezondheidskwestie. Die twee botsen met elkaar.

Deskundig

Neem weer die salmonella-uitbraak van 1959. Als veroorzaker werd dierlijk veevoer aangewezen: geïmporteerd vismeel en beendermeel, waar de bacterie al in zat. Artsen drongen aan op een wettelijke verplichting om dit veevoer eerst te steriliseren voordat het gebruikt mocht worden. Boeren protesteerden daartegen en wezen op de kosten: wie zou die gaan betalen? Verder vonden de boeren dat zij dit probleem het beste zelf en zonder overheidsbemoeienis konden oplossen. En trouwens: hoe deskundig waren de deskundigen eigenlijk die besmet veevoer de schuld gaven? Tot vandaag keren die argumenten terug.

De argumenten van de boeren, stelt Haalboom vast, vonden veel meer weerklank in de politiek dan die van de artsen. Via hun belangenorganisaties hadden de boeren veel invloed op het ministerie van landbouw, dat verantwoordelijk was voor het veevoer. Het ‘medische’ kamp wist de politiek veel minder goed te beïnvloeden, en slaagde er daardoor niet in om ‘eigenaar’ te worden van het probleem.

Haalboom onderzoekt of de maatschappelijke verhoudingen tegenwoordig anders zijn. Om de belangenstrijd te boven te komen, is nu het ‘One Health-principe’ in zwang. Dat gaat uit van de gedachte dat de gezondheid van mensen, dieren en het milieu onlosmakelijk met elkaar verbonden is. De opkomst van One Health stond aan de basis van Haalbooms historische onderzoek

De gedachte dat de gezondheid van mens en dier en de omgeving met elkaar samenhangen, gaat al terug tot Hippocrates, maar is actueler dan ooit, zegt Joost van Herten, dierenarts en ethicus aan de universiteit Wageningen. “De wereldbevolking stijgt snel en daarmee ook de vraag naar dierlijk eiwit – mensen willen vlees eten. Dus worden er steeds meer dieren gehouden (zie grafiek, red.). Voeg daarbij het wereldwijde verkeer van mensen, dieren en goederen, en de verandering van het klimaat en je ziet dat het voorkomen en bestrijden van zoönosen bijzonder actueel is.”

Op de Dag van de Milieufilosofie zal Van Herten morgen betogen dat het One Health-principe heel mooi klinkt, maar dat er de nodige vraagtekens bij te plaatsen zijn. “Het idee van One Health is dat verschillende disciplines, artsen en veeartsen, samenwerken aan de gezondheid van mens en dier en milieu, in een holistische benadering. Dat kan heel goed werken. Een voorbeeld is de rabiësbestrijding op Bali. In 2008 was daar een grote uitbraak, waaraan zowel honden als mensen doodgingen. Na een inentingscampagne voor honden is de ziekte met 99 procent teruggedrongen.”

En in Nederland, zegt Van Herten, werkt de One Health-benadering bij het verminderen van antibioticagebruik in de veehouderij. “In 2009 werd er nog heel veel antibiotica gebruikt, misschien wel meer dan nodig is. Het probleem van structureel antibiotica toedienen is dat er uiteindelijk resistentie ontstaat waardoor er alsnog dieren en mogelijk ook mensen ziek kunnen worden. Inmiddels wordt er 60 procent minder antibiotica toegediend. Er wordt meer gedaan aan preventie van ziekte. Dat is goed voor dier en mens.”

Wat is gezondheid?

En toch is het zaak vragen te stellen bij de One Health-benadering, vindt Van Herten. “Om te beginnen: wat ís gezondheid eigenlijk? En is dat voor mensen en dieren wel hetzelfde? Voor mensen circuleren er verschillende definities van gezondheid. De Nederlandse Gezondheidsraad hanteert: ‘Gezondheid als het vermogen om zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven’. Maar is dat wel van toepassing op dieren, zeker de dieren die door mensen worden gehouden? Kunnen die een eigen regie voeren?”

Verhouding mensen in Nederland en vee, in miljoenen.

Dat is een discussie over de juiste definitie. Maar de One Health-benadering brengt ook morele dilemma’s met zich mee, zegt Van Herten. “Bij een ziekte als Q-koorts worden gezonde dieren geruimd om verdere verspreiding van de ziekte naar mensen te voorkomen. Maar is dat ruimen ook in het belang van de dieren? Is dit echt een One Health-aanpak, of is de gezondheid van het dier hier een instrument om de gezondheid van mensen te bevorderen?”

Morele status

En dat woordje ‘one’, denkt Van Herten hardop, wat betekent dat precies? Als er sprake is van één gezondheid van mens en dier, betekent dat dan ook dat mensen en dieren dezelfde morele status hebben en dat hun belangen dus even zwaar wegen?

Het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde schreef over de salmonella-uitbraak van 1959 dat het vermoeden rees ‘dat de salmonella’s onder onze veestapel bijzonder sterk zijn verspreid’. En: ‘Ieder zal begrijpen, dat in de massa-bedrijven van onze grote abattoirs en exportslachterijen voortdurend gevaar van besmetting bestaat, vooral indien bij machinale bewerking veel dieren eenzelfde instrument passeren.’

Als Floor Haalboom met historische voorbeelden aantoont hoe lastig het probleem politiek te bestrijden is, en Joost van Herten zich afvraagt of de nu omarmde One Health-benadering wel zo effectief is, wat is er dan wél nodig om mensen en dieren zonder ziektes naast elkaar te laten leven?

Haalboom: “Zelfs als artsen en veeartsen samenwerken om zoönosen te bestrijden – omdat zij zich verantwoordelijk voelen – blijven er factoren in het spel die een goede aanpak belemmeren. Welke dat zijn en hoe dat dan moet? Daar heb ik wel ideeën over, maar die houd ik nog voor mezelf. Ik zet ze uiteen in mijn proefschrift dat in september verschijnt.”

Van Herten: “De ultieme oplossing voor zoönosen zou misschien zijn: geen dieren meer houden. Maar dat lijkt me geen realistisch scenario. Voor mij als ethicus geeft One Health aanleiding voor meer maatschappelijk debat over het belang van gezondheid van dieren en milieu. Veel problemen zijn het gevolg van de impact van menselijk handen op het ecosysteem. Dan kun je de vraag stellen of de menselijke gezondheid altijd boven alles gaat.”

Bron: https://www.trouw.nl/religie-en-filosofie/welbeschouwd-zijn-mensen-gelijker-dan-dieren~a0287a6f/

Start 5-daagse Bhagavad Gitá Seminar

Wereldwijd neemt de belangstelling voor de Heilige Hindu geschriften toe. Zo ook voor de Bhagavad Gitá. Het belang  van de inhoud van deze boeken voor de mensheid in het algemeen  is te groot  om de inhoud alleen voor Hindus te reserveren.

De Bhagavad Gītá (letterlijk “Lied van de Heer”) vormt een onderdeel (Bhishma Parva 23-40) van het zeer omvangrijk episch gedicht, de Mahábhárata (letterlijk: “Groot India”), een boek geschreven door de wijze Vyása, dat een grote rol speelt in het hinduïsme.

Omdat het boek God als een persoon (de alomtegenwoordige Vishṇu) vooropstelt, is de belangrijkste invloed van het boek terug te vinden in de bhakti-beweging zoals die te vinden is bij de Vaishnava’s in India en in het Westen. Krishṇa treedt hierbij naar voren als de belangrijkste manifestatie van God op aarde: als Bhagaván, de Hoogste Persoonlijkheid van God, de Heer van de Yoga (Yogīśvara). Het boek behoort tot de zogenaamde smriti, de verhalen aan de hand waarvan men zich God (īśvara, paramátmá of brahma) herinnert. Niettemin wordt het boek ook wel omschreven als de Gītopaniṣhad of Yogupaniṣhad.

Upanishad betekent “essentiële vedische filosofie” en hiermee wordt aangegeven dat de status van het boek vergelijkbaar is met die van de Veda’s (de śruti). Men noemt de Gitá samen met de “Krishna-purán”, het Srimad Bhágavatam, dan soms ook de vijfde Veda.

Het 5-daags Bhagavad Gitá Seminar zal dit jaar opnieuw plaatsvinden in Suriname vanaf vandaag  24 t/m 28 april. Hierop volgen de 3-daagse Verdiepingssessies van 02 t/m 04 mei met o.a. Srimad Bhágavatam Classes. Deze sessies worden gecombineerd met Masterclasses van onze speciale gastspreker uit India.

Het 5-daags Seminar wordt verzorgd van 24 t/m 28 april:

– Dag 1: Doel van het leven

– Dag 2: De Kwaliteiten van Bhagavan

– Dag 3: De Totale Creatie

– Dag 4: Wet van Karma/het Hoogste Yoga Systeem

– Dag 5: Praktische toepassing van de Bhagavad Gitá

De seminars worden in het Nederlands op toegankelijke wijze verzorgd door Vijay Krsna Misri, met ondersteuning van oogstrelende slideshows/diapresentaties. Ook de verdiepingssessies zal hij op deze manier verzorgen. De Masterclasses worden verzorgd door Shripad BV Vana Maháráj uit India.

Locatie: Medisch Wetenschappelijk Instituut, Conference Room (Faculteit der Medische Wetenschappen), tegenover de Republic Bank, Kernkampweg 5-7, Paramaribo. Elke dag van  18.30-21.30u. De sessies zijn geheel kosteloos. Aanmelden kan  via info@gitaseminar.nl

In Venezuela is het zoeken naar voedsel een dagtaak geworden

Al twee weken zijn er dagelijks rellen in Venezuela. Ook vandaag is er een grote demonstratie gepland tegen de regering van Nicolás Maduro. Maar niet iedereen heeft tijd om mee te doen. Veel Venezolanen hebben al hun energie nodig om te overleven in de ineenstortende economie.

Toen Judith Cárdenas acht jaar geleden net buiten Caracas een bouwkavel kocht, had ze geen idee dat de bijbehorende steile helling nog eens haar redding zou worden. Terwijl haar landgenoten aansloten in de rijen voor de winkel, ging zij met een machete het woud van woekerplanten te lijf. 

Nu struint ze tussen haar zelfgeteelde mais, tomaten en avocadoplanten. De pas gezaaide bonen staan al vijf centimeter hoog. “Ik voorzie mijn hele familie van groente”, lacht de 59-jarige systeemanaliste. “En mijn bonen ruil ik met de buren voor sla.”

De moestuin was Cárdenas’ antwoord op de economische ineenstorting van Venezuela. De inflatie was in 2016 bijna 800 procent. Import en productie van voedsel zijn politiek hete hangijzers geworden. De voedseldistributie is een chaos, betaalbaar eten vinden een probleem. 

Het minimumloon is amper voldoende voor een week. Etenswaar is een speculatieobject geworden. Volgens lokaal onderzoek zou driekwart van de Venezolanen in een jaar gemiddeld 8,7 kilo zijn verloren. “Niet dat het nergens te krijgen is”, zegt Cárdenas. “Alles is er, maar het is niet te betalen.”

De regering probeert speculatie en schaarste te omzeilen met zogenaamde ‘Locale Comités voor Bevoorrading en Productie’, een soort huis-aan-huis voedselpakketten. In de praktijk komen die alleen aan bij aanhangers van de revolutie. De rest van de bevolking moet het zelf uitzoeken. 

“Vroeger vond je alles op een plek, nu is het echt overleven”, zegt Leonardo Nazoa (64), een gepensioneerde mathematicus. Iedere vrijdag struint hij in zijn oude grijze Fiat Siena de stad af op zoek naar koopjes. “Als je een merkproduct vindt dan is dat een groot succes”, zegt hij op weg naar supermarkt Excelsior.

Enkele straten verwijderd van de winkel beginnen de rijen, waarmee Venezuela berucht is geworden. “Die staan er voor de gereguleerde producten”, verklaart Nazoa. De revolutionaire regering heeft tientallen basisproducten ‘gereguleerd’ om de armen te beschermen tegen inflatie en woekerprijzen. 

Rijst, olie, bonen of meel zijn gebonden aan een maximumprijs. Daardoor gingen veel Venezolaanse voedselproducenten failliet. Of de producten worden gestolen of opgekocht, en elders voor veel geld weer verkocht. Dus precies de gereguleerde producten zijn schaars geworden.

“Veel mensen staan daar niet voor eigen consumptie, maar om gereguleerde spullen met winst door te verkopen”, zegt Nazoa. Ze mogen van de producten maar een of twee pakken meenemen, maar het hindert hen niet. Zodra ze aan de beurt zijn, bellen ze familieleden om mee naar binnen te gaan. Andere slimmeriken omzeilen de rij. “Met een baby of een rolstoel krijg je vaak voorrang. Soms zie je meerdere families naar binnen gaan, met dezelfde baby.”

Een jong echtpaar zegt zeven uur te hebben gewacht voor ze naar binnen mochten. Als beloning mogen ze twee pakken meel en twee tubes tandpasta kopen voor laag tarief. Binnen liggen de twee producten hoog opgestapeld in een apart gedeelte, afgezet met winkelwagentjes. 

De supermarkten in Venezuela staan vol met gereguleerde producten. Die worden vaak met winst weer doorverkocht en zijn daardoor voor velen onbetaalbaar.

De handhaving van de regulering leidt tot absurde taferelen. Vorige maand werden vier bakkers opgepakt, omdat ze hun meel gebruikten voor brownies. Bakkers moeten 90 procent van het meel gebruiken voor brood, maar dat is door de maximumprijs verliesgevend.

 

Peperduur

Nazoa gaat niet in de rij staan. Wie niet-gereguleerde producten koopt, mag langs de gewone ingang. “Ik pas mijn dieet wel aan”, zegt hij. “Geen brood? Dan eet ik yuca (cassave, red.). Of croissants, die zijn er wel. Er is geen melk maar wel yoghurt. Dat hier een voedseltekort zou zijn, is onzin. We gaan hier echt niet dood van de honger. Alles is te krijgen. Het wordt alleen anders verkocht. Ze manipuleren de markt, er wordt gespeculeerd, alles is peperduur.” 

Om van zijn pensioen rond te kunnen komen haalt Nazoa maandelijks ook nog honderd dollar van zijn spaarrekening – een luxe die alleen de middenklasse zich kan veroorloven.

Met ironische blik opent Judith Cárdenas haar voorraadkast. Pasta, suiker, rijst, havermout, margarine, van alles één pakje, in totaal goed voor twee maandsalarissen. “Alleen de kaas kost al een weekloon.” In het weekeinde gaat haar 26-jarige zoon Carlos naar de zwarte markt in Catia, een van de uitgestrekte volkswijken in Caracas. Daar haalt hij alles wat zijn moeder niet kan verbouwen.

Het zijn gevaarlijke tochten. Criminaliteit in deze wijken stuwden het moordcijfer in Caracas op tot het hoogste ter wereld. “Politie komt hier zelden uit angst voor de bendes die de buurten controleren”, zegt Carlos. Eten kopen in Venezuela is een semi-illegale activiteit geworden. Als een drugsdealer verstopt Carlos in zijn heuptas grote stapels bankbiljetten die door de inflatie nodig zijn om rijst of pasta te kopen. Voor het uitstappen bindt hij ze in bundeltjes van twintig om sneller te kunnen afrekenen.

Routineus beweegt hij zich tussen de verkopers, vaak wijkbewoners die gisteren nog in de rij bij de supermarkt stonden. Op een tafeltje of in een doos op de grond liggen het illegale meel, de olie en de suiker die in de supermarkten onvindbaar zijn geworden. Schielijk informeert Carlos naar de prijzen. Hij staat nooit lang stil. Voor een kilo suiker rekent hij 4000 bolívar af – een tiende maandloon. 

De oorspronkelijke prijs van 430 staat nog op de verpakking. Kilometers verderop is de Mercado Mayor de Coche, de grootste voedselmarkt in Caracas. Vrachtwagens vol groente en fruit rijden af en aan. Bij de containers graaien armen en daklozen in het rottende fruit op zoek naar iets eetbaars – een tafereel dat vijftien jaar lang was verdwenen uit Venezuela, is weer teruggekeerd. Hier zitten de echte slachtoffers van de crisis, die geen spaargeld hebben om op in te teren, of toegang tot de netwerken van de zwarte handel.

Nazoa stapt niet uit – ook hier is het niet veilig. Liever koopt hij op de kleine, gemoedelijke weekmarkt in de deelgemeente Barruta. Fruit, groente maar ook vis, tonijn, garnalen en vlees liggen hoog opgestapeld. “Mijn dieet is volledig veranderd door de crisis. Ik eet nu meer groente en fruit. Voor tomaten of aardappelen is nog nooit een rij geweest. En het is nog gezonder ook.” Hij koopt vers gebrande koffiebonen. “Dat zie je niet vaak”, zegt hij. “Er is veel nepkoffie in omloop, bijgemengd. Soms drogen ze gebruikte koffie, om als vers door te verkopen.”

In een plantsoentje verderop zitten twee dames op leeftijd in de zon thee te drinken. “We hebben al jaren ervaring, we weten precies wat waar te vinden is”, zegt een van hen. “Je moet vindingrijk zijn. Als er geen melk is dan gebruik je cocosmelk. Als er geen meel is, pak je yuca.” 

Ook haar vriendin heeft nog crisistips. “We loeren in de tassen van voorbijgangers om te weten wat verderop te koop is. Er zijn verenigingen opgericht die via de telefoon contact houden, dat de vrachtwagen is aangekomen, en wat waar is opgedoken. Maar het kost een hoop tijd.”

Judith Cárdenas kneedt deeg van het maismeel dat haar zoon meebracht van de zwarte markt. In een pannetje pruttelen de zwarte bonen uit eigen tuin en een half uur later staat het ontbijt op tafel. “Een beetje laat, ontbijten om half elf”, zegt Cardenas. “Maar zo doen Venezolanen dat tegenwoordig. Laat ontbijten en vroeg avondeten, dat scheelt één maaltijd op een dag.”

Zelfs Moskou heeft genoeg van Venezuela

Het Venezolaanse staatsoliebedrijf PDVSA zit zo diep in de schulden dat 18 van zijn 31 olietankers stilliggen. Zij wachten vergeefs op reparatieonderdelen of liggen in buitenlandse havens aan de ketting.

Zelfs het geduld van bondgenoot Rusland lijkt op: Sovcomflot eist 30 miljoen dollar op via rechters in St. Maarten en het Maritiem hof in Groot-Brittannië. De ruwe olie ter waarde van 20 miljoen is in St. Eustatius al uit de NS Columbus gepompt.

Venezuela’s economie en de socialistische regering leunen voor 90 procent op olieinkomsten. Sinds het inzakken van de olieprijs en door jarenlang wanbeleid is het land in grote problemen gekomen.

Daardoor is de export van olie in het eerste kwartaal met 8 procent gekrompen. PDVSA kan haar werknemers niet genoeg meer betalen om te midden van gierende inflatie hun families te onderhouden, het kan geen onderdelen meer kopen om productie in de olievelden en de raffinaderijen gaande te houden en de meeste tankers liggen dus aangemeerd. Zes tankers liggen vast in Portugal, Turkije en Curaçao, door achterstallige betalingen of gebrek aan onderdelen.

Persbureau Reuters zag vlakbij het Amuay strand en de gelijknamige raffinaderij bij Punto Fijo in Venezuela hoe arbeiders in wetsuits in de smorende hitte vanaf een vissersbootje met duizenden borstelstrijken de ruwe olie van de Caspian Galaxy schrobden. Anders zijn de tankers uit Venezuela’s exportterminals te vuil om in andere havens te mogen komen. De olie dreef er op het water, ook door lekkages uit roestige pijplijnen onder de oppervlakte.

Handmatig reinigen

Een schip handmatig reinigen kan wel tien dagen duren. In normaal functionerende havens gebeurt dit op een droogdok. Het handwerk draagt weer bij tot nieuwe vertragingen, waartegen sommige bedrijven al zogeheten ‘Venezuela-clausules’ opnemen in hun contracten. Die gaan over stakingen, te late aankomst van loodsen en drugsinspecties, en kunnen oplopen tot 23.500 dollar per dag.

Om te kunnen blijven exporteren huurt PDVSA nu zeker vijftig tankers, wat tot een miljoen dollar per maand per stuk kost. Het drijft de schuldenlast nog verder op en zal er ongetwijfeld toe leiden dat uiteindelijk nog meer olietankers elders in de wereld aan de ketting belanden.

De actie van Sovcomflot in St. Maarten is daarvan het bewijs. Het Russische staatsoliebedrijf Rosneft leent PDVSA sinds vorig jaar geld, maar hoe lang dat de socialistische olietankers nog drijvend houdt, is de vraag.

Bron: https://www.trouw.nl/democratie/in-venezuela-is-het-zoeken-naar-voedsel-een-dagtaak-geworden~a5863829/

Trouwen in gemeenschap van goederen vanaf 2018 alleen op speciaal verzoek

Het huwelijk in gemeenschap van goederen is vanaf 1 januari 2018 niet meer het standaard-bruiloftsarrangement. Vanaf die datum wordt elke nieuwe echtelijke verbintenis gesloten op huwelijkse voorwaarden. Wie toch wil trouwen in gemeenschap van goederen, moet dat apart regelen bij de notaris.

Voortaan geen geschrokken ooms meer die het familiekapitaal gedecimeerd zien worden. 

Nu is dat andersom. Driekwart van de huwelijken wordt gesloten in gemeenschap van goederen. Dit betekent dat al het persoonlijk bezit vanaf het moment van de huwelijkssluiting ook eigendom wordt van de huwelijkspartner. Dat geldt voor speelgoed uit de kindertijd en cd’s uit de tienerjaren, aandelen, erfenissen en onroerend goed, maar ook voor schulden.

In de nieuwe regeling wordt de beperkte gemeenschap van goederen de standaard. Dat houdt in dat alleen het vermogen dat de partners tijdens het huwelijk opbouwen gemeenschappelijk eigendom wordt. Bezittingen en schulden van vóór het huwelijk vallen niet in de gezamenlijke boedel. Ook schenkingen en erfenissen die worden ontvangen tijdens de huwelijksjaren blijven persoonlijk bezit.

SCHEIDING

De wetswijziging moet voorkomen dat een onoplettende huwelijkspartner de helft van zijn persoonlijke spaargeld of erfenis moet afstaan na een scheiding. Of dat een van de echtgenoten (deels) opdraait voor de schulden van de ander.

Schulden die ontstaan tijdens het huwelijk – en waarvoor een van de partners persoonlijk aansprakelijk is – vallen in de nieuwe regeling ook binnen de gezamenlijke aansprakelijkheid. Een schuldeiser van een van de echtgenoten kan de openstaande schuld verhalen op het totale vermogen dat binnen het huwelijk is opgebouwd. Maar het persoonlijke vermogen van de niet-betrokken huwelijkspartner blijft buiten schot.

WAARDESTIJGING

Wie nog dit jaar trouwt en graag de baas blijft over zijn eigen vermogen, moet een aparte regeling sluiten bij de notaris; de huwelijkse voorwaarden. Dat kost doorgaans circa 600 tot enkele duizenden euro’s. Onder de nieuwe regeling is notarisbezoek niet meer nodig om de eigendomsdeling te beperken.

Het nieuwe basishuwelijk vereist wel enige administratiediscipline. Wie bij een scheiding beweert dat bepaalde bezittingen persoonlijk eigendom zijn, zal dat moeten aantonen. Lukt dat niet, dan is de kans groot dat die zaken in een eventuele rechtszaak worden gerekend tot het gemeenschappelijk vermogen dat wél tussen de ex-partners moet worden verdeeld.

Als het persoonlijk vermogen tijdens het huwelijk in waarde toeneemt (zoals bij een onderneming), moet bij een scheiding de waardestijging worden getaxeerd en verrekend.

Bron: http://www.volkskrant.nl/magazine/trouwen-in-gemeenschap-van-goederen-vanaf-2018-alleen-op-speciaal-verzoek~a4488739/

DE MEDICINALE WERKING VAN ALOË VERA

Latijse naam: aloë vera
Sanskrit naam: kumárí

  • Aloë vera staat vooral bekend om zijn wond genezend vermogen: breng verse aloëgel aan op de wonden hardnekkige huidirritaties;
  • heeft een ontstekingsremmend effect: is actief tegen zowel bacteriën als schimmels;
  • is ook succesvol bij de behandeling van de huidaandoening psoriasis;
  • heeft in hoge dosering ook een laxerende werking;
  • om te ontgiften kan men 2x daags 1,5 dl aloësap innemen;
  • is ook goed tegen leverontsteking, brandend maagzuur, eczeem, emotionele geirriteerdheid en gewrichts ontsteking: neem 3x daags 3-6 dl;
  • aloë gemengd met hardípoeder kan men direct aanbrengen op insecten beten, brandwonden of acne.

Het beste is om verse (pure) aloë vera sap te gebruiken: snij een aloëblad met een mes over de lengte open en schraap de gel eruit; de gebruikelijke dosering is: 2-3x daags1,5- 6 dl gemengd met b.v. appelsap innemen.

Bron: het Ayurvedisch kruidenboek, Deepak Chopra

22 april: Dag van de Aarde

Dag van de Aarde is een jaarlijks terugkomende dag met activiteiten die tot doel hebben mensen bewust te maken van het bijzondere van de aarde en het leven daarop.

Op deze dag wordt op positieve wijze aandacht gevraagd voor de wereldproblematiek rondom natuur, milieu en klimaatverandering. We worden op deze dag eraan herinnerd dat de aarde en haar ecosystemen ons voorzien van leven en voedsel.

 Het thema van World Earth Day 2017 is “Environmental and Climate Literacy” (Milieu- en Klimaat-geinformeerdheid).

Educatie is de grondslag voor progressie. We moeten eenieder kennis bijbrengen over milieu en klimaat en stimuleren om actie te ondernemen om het milieu te beschermen. Elk land zou op deze dag een project hieromtrent met als focus educatie, moeten uitvoeren. Het is een collectieve verantwoordelijkheid om harmonie met de natuur en de aarde te promoten om een juiste balans te bereiken tussen de economische, sociale en milieu behoeften van de huidige en toekomstige generaties van de mensheid.

Wereld Aarde Dag biedt ons de gelegenheid om wereldwijd bewustzijn bij het publiek te verhogen tegen de uitdagingen betreffende het welzijn van de planeet aarde en al het leven dat het onderhoudt.