4 mei 2023: Narasimha Jayantí

Narasimha Jayantí is een hindoeïstische feestdag die wordt gevierd ter ere van de geboortedag van God Vishṇu in de vorm van Narasimha, een mythische half- mens, half- leeuw figuur. De dag valt elk jaar op de veertiende dag van de lichte helft van de maand Vaishakha, volgens de hindoeïstische kalender, wat meestal overeenkomt met de maanden april- mei in de gregoriaanse kalender.

Op Narasimha Jayantí bidden hindoes voor bescherming, kracht en voorspoed door middel van aanbidding en offerandes aan Shrí Vishnu en Narasimha. Sommige mensen vasten ook op deze dag als een teken van respect en toewijding aan Vishṇu en Narasimha.

Het mythologisch verhaal achter Narasimha

Er woonde een rishi (wijze) genaamd Kashyap in India. Hij en zijn vrouw Diti hadden twee zonen, namelijk Hiranyaksh en Hiranyakashipu. De Varaha (zwijn) avatár van Shrí Vishṇu had Hiranyaksh vermoord. Daarom beloofde Hiranyakashipu de dood van zijn broer te wreken. Om God Vishṇu te verslaan deed hij een diepgaande tapasyá (boetedoening)  en behaagde God Brahmá om de zegen te verkrijgen van onoverwinnelijkheid.

Hiranyakashipu kreeg de zegen maar begon deze te misbruiken. Hij kreeg controle over de hemel en met zijn kwade bedoelingen begon hij de Goden, rishi’s en muni’s (asceten) te bedreigen en te doden.

Toen werd rond die tijd een jongetje, genaamd Prahlád, geboren bij zijn vrouw Kayadhu. Ondanks geboren te zijn in de demonfamilie, was Prahlád een fervente toegewijde van God Vishṇu en aanbad hem met de grootste eerbied, toewijding en liefde. Hij vreesde de vele de berispingen van zijn vader niet en zette zijn toewijding voor God Vishṇu voort. Woedend hierdoor had Hiranyakashipu de intentie om zijn eigen zoon te doden.

Hiranyakashipu’s vele pogingen en aanvallen op Prahlád ging tevergeefs verloren vanwege God Vishṇu’s genade. Woedend en hopeloos als hij zich voelde besloot hij toen zijn zoon levend te verbranden. Op de dag van Holiká Dahan, een avond voor het Holífeest, werd Prahlád gedwongen te gaan zitten op een brandstapel samen met zijn tante Holiká, die de zegen had verkregen dat vuur haar niet kon doden. Maar God Vishṇu’s lilá (spel) maakte het mogelijk dat Holiká stierf in het vuur en Prahlád kwam levend uit de brandstapel. De boze Hiranyakashipu hield toen Prahlád vast en vroeg hem: “Waar is jouw God?”. Hij sloeg hem met zijn wapen en vroeg hem opnieuw om zijn God te laten zien. Tot zijn grote schrik, verscheen God Narasimha.

Hiranyakashipu had de zegen van Brahmá niet gedood te worden, niet door enig wezen, noch in menselijke of dierlijke vorm, overdag noch ’s nachts. Hij kon ook niet worden gedood op aarde of in de ruimte, en geen wapen kon tegen hem worden gebruikt. Vandaar dat God Vishṇu tevoorschijn kwam in de gedaante van Narasimha, half mens en half leeuw. Hij legde Hiranyakashipu op zijn schoot en doodde hem met zijn scherpe nagels en herstelde gerechtigheid. Moge God u allen beschermen tegen de negativiteiten in het leven en moge u vrede, welvaart en geluk ten deel vallen.

Ek Shubh Narasimha Jayantí

 

Bron: diverse