De Chinezen hebben het mis: de grootste handelsoorlog maakten zij mee in de negentiende eeuw

Dat de Chinezen de huidige opeenstapeling van importheffingen en tegenheffingen de grootste handelsoorlog in de geschiedenis noemen, betekent dat ze hun klassieken niet kennen. Of dat de geschiedenis van voor de Lange Mars van Mao niet bestaat. Of dat ze het niet willen weten, omdat ze de Opiumoorlog, het meest verbitterde handelsconflict ooit, verloren en daarna hun macht zagen aftakelen.

Zoals China en de VS nu de economische supermachten zijn, waren China en Groot-Brittannië dat in de eerste helft van de 19de eeuw. China zag zichzelf als de door de hemel aangewezen supermacht en beschouwde Europeanen als barbaren. De Britten regeerden over de golven en hadden een imperium waar de zon nooit onderging.

In die tijd overspoelden de Chinezen het Westen nog niet met industrieproducten maar met ambachtelijke waar (porselein, zijde, draagstoelen en specerijen) en vooral met thee. Alles wat uit China kwam, was hip. In Engeland ontstond een complete gekte rond thee. In korte tijd werd het de nationale volksdrank.

Rond 1830 gaven de Engelsen gemiddeld 5 procent van hun inkomen uit aan thee. Omdat de Chinezen nauwelijks interesse hadden in Britse producten, die zij als inferieur beschouwden, hadden ze een enorm overschot op hun handelsbalans met Engeland, net zoals ze dat nu hebben met de VS. De Britten moesten die tekorten aanzuiveren met zilver.

De Britse East India Company, die het monopolie op de opiumteelt in Bengalen had, kwam op het idee de thee-aankopen te financieren met opium, dat via allerlei tussenhandelaren op de Chinese markt werd gebracht. In korte tijd waren miljoenen Chinezen verslaafd aan opium. Missionarissen spraken schande van de Britse handelswijze, die een volk naar de afgrond leek te voeren. Ook in Groot-Brittannië zelf was er kritiek, maar er werd niets aan gedaan omdat het handelstekort in een overschot veranderde.

Nu kwamen de Chinezen in de problemen. Toen de zilverreserve op was, besloot de keizer de illegale opiumimport aan te pakken en de Britse voorraden te vernietigen.

Dat namen de Britten niet. Zij stuurde hun Royal Navy naar het oosten, die met hun stoomschepen korte metten maakte met de Chinese jonken. In 1842 werd het Verdrag van Nanking getekend. China werd verplicht schadevergoeding te betalen voor de vernietigde opium en enkele vrijhavens af te staan aan de Britten, waaronder de latere kroonkolonie Hongkong. Tot de Opiumoorlogen was China de grootste economie in de wereld, schreef de econoom Angus Maddison. Vanaf 1839 volgde de Eeuw van de Vernedering, waarin China in verval raakte en het volk verarmde.

Of Trump het Chinese rijk opnieuw te gronde kan richten met een andere verslaving is onduidelijk. Opium zal niet helpen, noch het zenden van een vloot naar de Zuid-Chinese Zee. Vergeleken met de Opiumoorlog is de huidige handelsoorlog een schermutseling.

Bron: de Volkskrant

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *