15 januari: Wereldreligiedag

Op 15 januari 1950 was de allereerste, unieke Wereldreligiedag oftewel de Internationale Dag van de Religie georganiseerd door de Nationale Geestelijke Vergadering van de Bahá’í-beweging in de Verenigde Staten. Het Bahá’í-geloof benadrukt de geestelijke eenheid van de mens. Deze dag wordt ieder jaar op derde zondag van de maand januari gevierd in Suriname, Nederland, de Verenigde Staten en vele andere landen onder verschillende religieuze groeperingen als verbroederingsfeest. Hierbij wordt het motto van “eenheid in verscheidenheid” gehanteerd door en voor de verschilende religies. Elke religie uit de hele wereld kan in principe meedoen aan Wereldreligiedag. Elke beschaving en elke cultuur kent wel een religie. De geschiedenis laat zien dat een gemeenschappelijk geloof een verenigde kracht heeft. Er zijn twaalf grote wereldreligies: hinduïsme, buddhisme, jainisme, sikhisme, bahá’í, christendom, islam, jodendom, zoraostrisme, chinese volksreligie, confucianisme en taoïsme. Welk geloof iemand aanhangt is niet van relevant bij het doel van Wereldreligiedag; belangrijk is dat men gelooft in licht na duisternis en een zoeker is naar waarheid ongeacht de bron. Op deze derde zondag van januari worden er in het jaar 2016 bijeenkomsten georganiseerd in verschillende delen van de wereld.

In Suriname zal op 17 januari van 10.00 u. – 15.00 u. in het Bahá’í-centrum aan de Nassylaan een bijeenkomst worden gehoudenmet als theam: “Heb Elkaar Lief”.