22 Maart- 30 Maart: Navrátri
Een stukje symboliek
Veel hindu’s vieren nu Navrátri door te vasten, door naar de mandír te gaan, door te bidden thuis en pújá’s uit te voeren. Dit allemaal ter ere van Shakti Mátá, de oerkracht der natuur, het vrouwelijk aspect van het Goddelijke.
Navrátri is een belangrijke tijd van zuivering, bezinning en spirituele reiniging, die 2 keer per jaar en wel aan het begin van de lente (cait: maart/april) en de herfst (kuár: september/oktober) plaatsvindt. Navrátri betekent 9 nachten. Deze 9 nachten zijn bij uitstek geschikt om een nieuw begin te maken in ons leven. Zoals wij 9 maanden in de buik van onze moeder verblijven, zo hebben wij deze 9 heilige nachten gekregen om weer een nieuwe start te kunnen maken met nieuwe kennis, spirituele rijkdom, shakti en de zegen die we hebben verkregen van Shakti Mátá.
De drie hoofdvormen van haar zijn:
1. Durgá Mátá, de Deví van Kracht. Zij geeft ons de shakti om adharma te vernietigen in ons en buiten ons, zodat wij de dharma kunnen onderhouden en beschermen.
2. Lakshmí Mátá, de Deví van Voorspoed en Geluk. Zij schenkt ons spirituele rijkdom en schoonheid en dit zal een ieder de kracht geven om spiritueel te groeien naar Bhagaván.
3. Sarasvatí Mátá, de Deví van de Wijsheid. Zij schenkt ons de kennis en wijsheid, zodat wij onderscheid tussen dharma en adharma kunnen maken en door de dharma uit te voeren zullen wij dichter naar Bhagaván toe groeien. Elke bhakta die in deze 9 dagen met volle devotie Mátá vereert, zal zich wijzer en geestelijk sterker voelen. Zelfs Shrí Rám heeft tijdens Navrátri gebeden om de zegen van Mátá te ontvangen, dat hij de shakti zou krijgen om Rávaņ te kunnen verslaan.
Wat kunt u thuis zelf doen? Elke dag kunt u dhár offeren op een reine plaats op het erf bv. onder een boom of op de plaats waar de jhandí staat. De dhár bestaat uit een lotá water, met sindúr, kruidnagel, kapúr, suiker, ním- bladeren en bloemen erin. Hierbij kunt u één van de onderstaande mantra’s reciteren:
Ter ere van Durgá-mátá:
Yá Deví sarva bhúteshu, shakti rúpeņa sansthitá; namas tasyai, namas tasyai, namas tasyai, namo namah.
Vertaling:
De Deví, die in elk wezen als kracht aanwezig is, haar aanbidden wij.
Ter ere van Lakshmí:
Shrí Lakshmí karotu kalyáņam, árogya sukha sampadám; mama shatru vinásháya, dípa jyotir namostute.
Vertaling:
O Lakshmí schenk mij rijkdom, voorspoed, geluk en gezondheid; verdelg al mijn vijanden, O Godin van het licht, Gij zijt gegroet.
Ter ere van Sarasvatí:
Varņánám artha- sanghánám, rasánám chandasám api; mangalánám ca karttárau, vande Váņívináyakau.
Vertaling:
Heil aan Sarasvatí en Gaņesh, die ons de letters met uitleg gaf, tevens de dichtkunst en poëzie.