AYURVEDA: Tips om NCD’s te voorkomen

/in

Hieronder volgen enkele gouden Áyurvedische regels om je lichaam gezonder te maken en in balans te houden. Zo voorkom je de meeste NCD’s. NCD’s zijn de niet-overdraagbare aandoeningen, z.a. suikerziekte, hoge bloeddruk, kanker.

  1. Gebruik de hoofdmaaltijd tussen 12.00 en 2.00 u. pm; dan is het spijsverteringsvuur het sterkst.
  2. Vermijd zware maaltijden in de avond; dit leidt tot toxines (gifstoffen) in het lichaam.
  3. Eet warm en vers gekookt voedsel. Vermijd gefrituurd voedsel, desserts, kaas, yoghurt of ander gestremd voedsel. Deze zorgen voor verstopping, congestie en slijm. Warm voedsel is makkelijker verteerbaar dan koud voedsel.
  4. Vermijd voedsel uit de magnetron. Dit vernietigt ongeveer 90% van de beschermende anti-oxidanten in ons voedsel. Vermijd koude dranken, ice-cream, frozen yoghurt en ander koud voedsel.
  5. Vermijd voedselrestjes. Als de voeding bereid is en daarna in de koelkast wordt bewaard is het moeilijk verteerbaar en werkt het verstoppend.
  6. Drink een slokje gekookt warm water elk uur gedurende de dag rond de wisseling van seizoenen, om je lichaam te zuiveren en ter ondersteuning van een goede vertering.
  7. Ga naar bed om 22.00 u.; tussen 22.00 en 02.00 u. vindt in het lichaam een natuurlijke cyclus van inwendige reiniging plaats. Als we opblijven tot na 22.00 u., dan kunnen er zich op termijn toxines en onzuiverheden opstapelen.
  8. Reinig het lichaam voordat een ander seizoen begint.
  9. Eet en leef met een regelmatige routine (ook slapen, werken en sporten op ongeveer hetzelfde tijdstip). Maar eet alleen als je honger hebt.
  10. Praktiseer yogásana’s (houdingen) en meditatie; deze balanceren alle aspecten van lichaam en geest en worden door veel mensen gebruikt om allergische symptomen te verminderen.
  11. Eet zittend en in een rustige omgeving; lees en praat niet tijdens het eten.
  12. Eet niet alleen met je tong (smaak), maar maak gebruik van de andere 4 zintuigen.
  13. Gebruik bij elke maaltijd alle zes smaken (zoet, zout, zuur, scherp, bitter, wrang).
  14. Eet niet te veel; ca. 1/3 tot ½ deel van je maag dient leeg te blijven. Hierdoor kan het voedsel beter verteerd worden.
  15. Blijf na iedere maaltijd even rustig zitten of wandel ca. een kwartier.

Bron: art. drs. Amrika Anroedh, áyurvedisch practitioner