Berenmoeder vindt manier om jagers te misleiden
De bruine beer in Zweden lijkt een strategie te hebben gevonden om jagers te misleiden: de opvoeding verlengen.
De mens pleegt niet alleen roofbouw op de natuur, hij gooit ook eeuwenoude evolutionaire processen overhoop. Door overbevissing is de volwassen haring of makreel een stuk kleiner geworden en doordat jagers een voorkeur hebben voor grote geweien of slagtanden, hebben dieren met een bescheidener uitrusting de overhand gekregen.
Maar ook als de grootte van de mazen of de ijdelheid van de jager geen rol speelt, stuurt de mens de natuurlijke selectie bij. Meestal reageert de natuur op dat gejaag door de reproductie op te voeren. De vrouwen krijgen eerder en vaker jongen, en hebben ze korter onder hun hoede. Je kunt er met al die schutters niet vroeg genoeg bij zijn. Niet dat de dieren zo redeneren, maar deze strategie biedt de meeste kansen.
De selectiedruk ligt bij de Zweedse bruine beer net iets anders. Het is sinds 1986 verboden een moeder of haar jong te schieten. Dan is het nog altijd voordelig – evolutionair gezien dan – om voor veel nageslacht te zorgen, dachten Noorse en Canadese biologen. De jagers doden immers nog steeds volwassen mannen en kinderloze vrouwen zodat het zaak blijft om veel beren op de wereld te zetten. Bovendien, het jong mag dan wel varen bij een lange opvoeding, het kost zijn moeder veel energie waar ze vroeg of laat de prijs voor betaalt.
Omdat Zweden nauwgezet bijhoudt hoe het met de beren is gesteld, konden de biologen dit idee in de praktijk testen. Uit die statistieken bleek dat dertig jaar geleden elk jong maar kort bij moeder bleef, anderhalf jaar gemiddeld. Maar halverwege de jaren negentig kwam daar verandering in en tegenwoordig houdt een kwart van de moeders hun jongen tweeënhalf jaar bij zich.
Veranderende samenstelling
Die omslag kunnen ze met de evolutietheorie niet verklaren, schrijven de biologen in het vakblad Nature Communications. In zijn algemeenheid zouden de voor- en nadelen van beide strategieën – veel zorg aan weinig jongen versus weinig zorg aan vele – tegen elkaar op moeten wegen. Ze speculeren over allerlei natuurlijke oorzaken maar komen uiteindelijk bij de jacht zelf uit. Sinds 1993 zijn de quota voor de berenjagers flink verhoogd. De biologen rekenen voor hoe slecht dat uitpakt voor beren die zich snel voortplanten. Die vrouwtjes zijn naar verhouding vaker zonder jong en de jongen zelf worden eerder aan hun lot, en aan de jager, overgelaten.
Het is volgens de biologen belangrijk te beseffen dat een gewijzigde strategie – langdurige zorg – geen effect hoeft te hebben op de grootte van de populatie. Maar wel op de samenstelling ervan: bij een snelle reproductie is de gemiddelde leeftijd een stuk lager. Wie alleen telt hoeveel beren er zijn, concludeert misschien te snel dat ruimere quota geen nadelige effecten hebben.
Bron: TROUW
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!