De kookcaravan van Stg. OHM trekt naar het district Wanica

Vrijdag 24 februari organiseerde het Nárí Team van Stg. Organisatie Hindoe Media wederom een kookcursus, maar dit keer in de Shri Vishnu Mandir aan de Comm. Weytinghweg 415 (leiding 9). Het ligt in de bedoeling dat de kookcursussen, welke  tot nu i.s.m. de Indiase Ambassade in het Swami Vivekanda Cultural Centre te Paramaribo plaatsvonden, nu op diverse locaties verzorgd zullen worden. Dit om anderen in de districten ook in de gelegenheid te stellen mee te doen. Organisaties kunnen daartoe een verzoek indienen bij het Nárí Team/Stg. OHM, waarvan de coördinator nu  mw. Indra Salik-Gangaram Panday is.

Mw. Biema Dassasingh gaf net als de vorige keer aan het begin weer een korte introductie over gezonde voeding. De belangstelling voor deze cursus was goed en de deelnemers waren erg enthousiast en interaktief. Het Nári Team kreeg veel complimenten en diverse verzoeken van de deelnemers om kookcursussen ook elders te houden. De dames van het OHM Nárí Team Reina Ramautar, Biemla Dassasingh en Indra Salik leerden dit keer aan de deelnemers: Matar panír, Khír, Púrí en diverse soorten herbal tea.

Vanwege de hoge kosten, vraagt het Nárí Team nu een bijdrage aan de deelnemers. De klaargemaakte gerechten en thee- soorten werden, zoals gebruikelijk, aan het eind verdeeld onder de deelnemers, zodat ze die kunnen proeven.

Hieronder treft u de kookrecepten aan.

 1. Matar panír

Benodigdheden:

  • Panír (gestremde melk) in blokjes gesneden
  • Tomaten
  • Doperwten
  • Knoflook
  • Uien
  • Olie
  • Masálá
  • Dhaniyá poeder
  • Hardi poeder
  • Jirá poeder
  • Chili poeder
  • Korianderblaadjes

 Bereiding:

Masálá Pasta:                                                                                                                 
Zet een pan op vuur met 2 eetlepels olie, dan de knoflook, de gesneden uien en  gesneden gember erbij voegen en bakken. Als het goudbruin gebakken is, dan de gesneden tomaten erbij doen met een beetje zout. Het geheel ongeveer 4 tot 5 minuten al roerend doorbakken met eventueel een deksel op de pan. Hierna het vuur  uitdoen en laten afkoelen. Vervolgens dit mengsel blenden om de pasta te maken. Er hoeft geen water toegevoegd te worden; zo heb je alvast je masálá pasta.

 Matar Panír:                                                                                                   
Zet een pan op vuur met 2 eetlepels olie/ roomboter en bak de hele jirá erin. Hierna hardi poeder en red chili poeder toevoegen, al roerend bakken totdat het een mooie kleur heeft. Voeg de geblende masálá pasta toe, roer flink op een medium vlam en bak tot het een mooie rode kleur krijgt.

Voeg hierna jirá poeder en dhaniyá poeder toe, al roerend laten doorbakken zodat het niet aanbrandt. Een halve kop water erbij doen; zet het vuur hoger. Je krijgt dan een mooie rode massa.

Voeg vervolgens de yoghurt (2 eetlepels) toe en roer op een laag vuurtje om te voorkomen dat het gaat “scheuren”. Zet de bevroren doperwten erbij en roer door op een medium vlam. Hierna de panírblokjes toevoegen en steeds omscheppen; doe wat zout naar smaak, een tikkeltje suiker en een kopje water erbij; zet het vuur lager. Het geheel laten door sudderen en de garam masálá toevoegen en goed mengen. Met gesloten deksel laten doorkoken voor enkele minuten. Het geheel even omscheppen en het vuur uitdoen. Voor de garnering de gesneden koriander blaadjes toevoegen.

  2. Khír

Benodigdheden:
– 1 pakje geschaafde amandelen; weken en fijn snipperen
– 7/8 stuks groene iláycí
– 2 kruidnagels
– ong. een halve ricecooker-cup rijst; enkele uren weken
– 2,5 liter melk; alvast koken.

Bereiding:
De geweekte rijst met ong. een 1/2 liter melk aan de kook brengen en steeds roeren.    Als de melk bijna opgedroogd is, weer melk toevoegen en al roerend doorkoken. Als ongeveer de helft van de melk is toegevoegd, dan de amandelen, iláycí en kruidnagel erbij doen. Doorkoken totdat een dikke brei is verkregen. Suiker toevoegen naar smaak, even doorroeren en van het vuur afhalen.

Let op: de melk niet laten opdrogen.

3. Púrí

Benodigdheden :
# 1 pond blom wit/bruin
# 1half afgestreken theelepel soda
# 4 eetlepels ghí/boter/olie
# een beetje suiker naar smaak
# ongeveer 250 ml water

Bereiding:
 De blom en soda goed door elkaar mengen. Vervolgens de ghí erbij voegen en weer goed mengen. Hierna steeds kleine beetjes water toevoegen en tegelijkertijd kneden tot een deeg. Het deeg moet niet zo zacht zijn als dat van rotí; dus wat harder kneden.

Bovenop het geknede deeg wat olie smeren. Het geheel afdekken met een doek en een half uur laten staan. Hierna balletjes maken van het deeg.

Intussen een diepe pan (het liefst een karhaiyá) met ghí/boter/olie op vuur zetten.

De balletjes met olie uitrollen. Vervolgens bakken in de hete ghí door draaiende bewegingen te maken met een vergietlepel aan de bovenkant van de púrí.

Hierna de púrí omkeren, laten aflekken en eruit halen.

OHM