De medicinale werking van hardí (geelwortel, kunjit, kurkumá)

Latijnse naam     : curcuma longa
Sanskrit             : haridrá

Dit kruid, dat als wortel groeit, wordt meestal gewonnen als poeder; de me-dicinale effecten ervan berusten waarschijnlijk op de chemische stof curcumine, die een antioxidantwerking heeft.

  • Het heeft een kalmerend effect op de spijsvertering; het versterkt de be-schermende slijmvliezen van de maagwand en verlaagt de kans op het krijgen van maagdarmzweren.
  • Het draagt bij tot het verlagen van het cholesterolgehalte en verhindert het samenklitten van de bloedplaatjes; hierdoor kan het risico op hartaanvallen verkleind worden.
  • Kan pijn en stijfheid verlichten en is goed tegen artritis (gewrichtsontsteking).
  • Bij eerste verschijnselen van keelpijn of hoest: strooi hardípoeder op honing en lik hiervan elk twee uur een theelepel; of trek een ½ th.lp hardí op 1 kopje water of kamille/kaneelthee en drink dit enkele keren per dag.
  • Kan de ontwikkeling van bepaalde kankercellen verhinderen of afremmen;
  • kankerpatiënten kunnen daarom veel kurkumá in gerechten gebruiken.
  • Kan op pukkeltjes aangebracht worden: ½ th.l. hardí gemengd met water tot smeersel 4xdgs aanbrengen. Als de poeder opgedroogd is, afspoelen met water. In geval van huidirritaties: meng ½ th.l. hardípoeder met 30 ml ghí of kokosolie en masseer dit 2xdgs op de geïrriteerde huid gedurende enkele dagen.
  • Om in het algemeen baat te hebben bij de ontstekingsremmende en zuiverende werking van kurkumá, kunt u 3xdgs een th.l. hiervan roeren door uw halfvolle melk.

Hardí is veilig in gebruik en vertoont in normale doseringen geen bijwerkingen; aan personen, die bloedverdunners gebruiken of die galstenen hebben (gehad) wordt dit kruid afgeraden.

Bron: het Áyurvedisch kruidenboek, Deepak Chopra