Groei op hoogtepunt
De Nederlandse economie is in topvorm. De groei in het tweede kwartaal was 1,5%, dat kwam maar twee keer eerder voor deze eeuw. Alle seinen lijken dus op groen te staan. Maar hoe lang houdt dit aan, en wat betekent dit voor de formatie?
Een groei van 1,5% in een kwartaal is zeldzaam. “Zo’n hoge kwartaalgroei zien we pas voor de derde keer deze eeuw”, illustreerde CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen.
Hoe goed het in Nederland gaat, blijkt ook uit het feit dat we vorig jaar een begrotingsoverschot van 0,4% hadden. De laatste keer dat de overheid meer overhield dan zij uitgaf, was in 2008.
Voor de onderhandelaars aan de formatietafel zijn de cijfers goed nieuws. Na jaren van zware bezuinigingen in de nasleep van crisis lijkt het tijd om de teugels wat te laten vieren.
Geen Sinterklaas spelen
Maar de goede cijfers van vanochtend beteken helaas niet dat het vanaf nu alleen maar beter gaat. Het CPB waarschuwde het nieuwe kabinet al niet voor Sinterklaas te gaan spelen. Dit jaar komt de groei uit op 3,3%, maar de jaren erna gaat die weer dalen. De hoge groei van voor de crisis komt niet meer terug en we gaan vaker te maken krijgen met recessies.
Dat blijkt ook uit de ramingen voor de langere termijn. Van 2018 tot 2021 verwacht het CPB dat de economie 1,8% op jaarbasis groeit. Dat de versnelling een tandje lager gaat, komt onder meer door de groei van de beroepsbevolking en de arbeidsproductiviteit. Simpel gezegd, hoeveel poppetjes zijn er, en hoe productief zijn ze.
Vergrijzing
Door de vergrijzing neemt bijvoorbeeld de beroepsbevolking af. Bovendien daalt de groei van de arbeidsproductiviteit. Dat komt onder meer door technologische ontwikkeling. Toen de pc op kantoor zijn intrede deed zorgde dat voor een enorme groei in hoe efficiënt we met z’n allen konden werken. Maar zo’n enorme verschuivingen hebben we al een tijd niet meer meegemaakt, dus vertraagt onze productiviteitsgroei. Dat werkt weer door in hoe hard de economie kan groeien.
Buffer
Het CPB en ook De Nederlandsche Bank hebben Den Haag daarom opgeroepen om, nu het economisch zo goed gaat, een buffer op te bouwen voor economisch mindere tijden. Bij de presentatie van het jaarverslag riep DNB-president Klaas Knot het nieuwe kabinet op het begrotingsoverschot niet te verjubelen.
Liever zien DNB en het CPB, belangrijke adviesorganen voor het kabinet, dat het kabinet structureel gaat hervormen. Bijvoorbeeld de hypotheekrente-aftrek verder afbouwen, het afbouwen van de staatsschuld en het belastingstelsel herzien.
Bron: De Telegraaf