Online-wereld zet de boel op stelten
Deze week haalde de Amerikaanse technologiegigant Microsoft overal het nieuws met de aankondiging dat er ongeveer 3000 salesmedewerkers ontslagen worden. Ongeveer 75% van deze ontslagronde valt buiten de VS en is onderdeel van een reorganisatie waarbij deze techreus sterker gaat inzetten op de onlinewereld die wereldwijd sterk groeit ten koste van de fysieke economie. Microsoft is de voorbode van een wereldwijde ontwikkeling die ook Nederland zal raken.
Ondernemers richten zich steeds meer op de digitale wereld. Daarnaast maken ze versneld gebruik van innovatieve technologieën, zoals kunstmatige intelligentie, het internet of things en big data. Digitalisering en technologie worden ingezet om te kunnen overleven in de harde internationale concurrentiestrijd. Deze ontwikkeling vindt overal plaats en in een toenemend aantal bedrijfssectoren en is niet te stoppen. Voorbeelden zien we in de bankensector, maar ook in de wereld van de grote supermarkten waar online met een opmars bezig is en fysieke winkels zoveel mogelijk worden geautomatiseerd.
Een belangrijk onderdeel van deze trend is de afname van vaste banen en de groei van vormen van flexwerk. Omdat de meeste werknemers liever kiezen voor de relatieve zekerheid van een vaste baan, is dit een vervelende ontwikkeling. In ons land heeft het kabinet Rutte 2 onder aanvoering van minister Asscher (Sociale Zaken) een mislukte poging gedaan om vaste banen te bevorderen en flex af te remmen. Ook de FNV probeert onder meer via cao’s vast arbeidscontracten te stimuleren. Daarnaast wil deze vakbond met een ‘domme’ robotbelasting de automatisering in Nederland afremmen en ons land terugvoeren naar het verleden. In het buitenland zien we dat bedrijven door regeringen juist worden gestimuleerd om met investeringen in nieuwe technologie de internationale concurrentiepositie te verbeteren. Deze bedrijven zijn op deze manier in staat om omzetten af te pakken van Nederlandse bedrijven die minder concurrerend zijn als ze straks de lasten dragen van ‘FNV-maatregelen’.
Flexibiliteit
Automatisering, de onlinewereld en flexibele arbeid zijn een internationale trend die door politiek Den Haag en vakbonden niet zijn tegen te houden. Hoewel sommige politieke partijen deze ontwikkelingen negeren en samen met de FNV flexwerk en automatisering zoveel mogelijk willen afremmen, is deze poging kansloos en worden er valse verwachtingen gewekt. Hoe vervelend ook, we kunnen deze trend niet stoppen met lapmiddelen van Nederlandse makelij. Ze zijn bovendien schadelijk voor onze economie en werkgelegenheid.
Voor veel bedrijven zijn automatisering en flexibiliteit een noodzaak om te kunnen overleven. Economische ontwikkelingen zijn grillig en steeds minder voorspelbaar. Op internationale markten is er steeds meer sprake van pieken en dalen en een toenemende concurrentie. Ondernemers moeten daarop kunnen inspelen en snel kunnen reageren met verschillende vormen van flexibele arbeid, waaronder uitzendkrachten en zzp’ers. In Nederland lag deze zogenoemde flexibele schil tien jaar geleden rond de 20%. Op dit moment is dat circa 25% en naar verwachting in 2020 ongeveer 30%. Ondernemingen die te maken hebben met veel buitenlandse concurrentie gaan al naar 40%. Het is niet zinvol en zelfs schadelijk (het kost banen) om met ‘strafmaatregelen’ deze trend in Nederland te keren.
In een eerdere column schreven we al dat we vaste banen voor werkgevers veel aantrekkelijker moeten maken doormiddel van lagere werkgeverslasten, een korte doorbetaling bij ziekte en een minder duur ontslagstel. Flexwerkers zouden voordelen moeten krijgen, zoals de mogelijkheid van extra scholing en vormen van sociale zekerheid.
Broedplaats voor de nieuwe economie
Politieke partijen die via het overheidsbeleid een bijdrage willen leveren aan het scheppen van banen, moeten vooral zorgdragen voor een aantrekkelijk ondernemingsklimaat voor het bedrijfsleven, met name voor het mkb, de banenmotor van onze economie. Daarnaast blijkt uit recente cijfers dat extra werkgelegenheid in Nederland in hoofdzaak tot stand komt bij kleinere bedrijven tot 50 werknemers. Start-ups, maar vooral zogenoemde scale-ups (starters die snel weten door te groeien met nieuwe medewerkers) worden steeds belangrijker. Deze groep ondernemers valt op door snel in te spelen op de digitale wereld en het gebruik van nieuwe technologieën. In onze internationale werkkringen zien we dat steeds meer landen met speciale stimuleringsprogramma’s, waaronder tijdelijke regelvrije zones, inspelen op de innovatiekracht van deze kleine bedrijfjes en daarbij hun best doen om internationale talenten naar hun land te lokken. Deze starters en scale-ups zijn vooral succesvol als ze weten aan te sluiten bij ervaren ondernemers en grote bedrijven met veel internationale slagkracht. Sinds het klimaatverdrag van Parijs is er ook sprake van een snelle toename van zogenoemde green tech starters die zich richten op het ontwikkelen van innovatieve technologieën waarmee de energietransitie van fossiel naar duurzaam kan worden versneld.
Voor de onderhandelaars aan de formatietafel die op zoek zijn naar een aansprekend regeerakkoord zou het snel inspelen op deze ontwikkeling daaraan een bijdrage kunnen leveren. Met een concreet maatregelenpakket, waarbij ons bedrijfsleven en kennisinstellingen een belangrijke rol moeten spelen, kan Nederland uitgroeien tot de Europese broedplaats voor start-ups en scale ups, vooral op de terreinen van digitalisering, nieuwe technologie en klimaatbeleid, zoals de energietransitie van fossiel naar duurzaam.
Bron: Telegraaf