Prof. Dr. Ruben Gowricharn: ‘De Mogols zijn India binnen gevallen’
De verdrukking van Moslims in het huidige India, en steeds meer in de diasporalanden zoals Nederland, wordt gerechtvaardigd met historische argumenten. Een van de meest gehoorde beweringen is dat de Mogols India zijn binnengevallen en de Hindoes eeuwenlang hebben onderdrukt. Deze uitspraak veronderstelt dat de hele bevolking Hindoe was en dat de Mogols allemaal moslims waren. Daarmee is een complex historisch verschijnsel versimpeld tot een religieuze tegenstelling: Hindoes versus Moslims. Veel hedendaagse vijandigheid jegens Indiase Moslims vindt haar rechtvaardiging in deze bewering. Het is een historische aanklacht die aanzienlijk meer emoties oproept dan bijvoorbeeld de overheersing van India door de Engelsen. Alleen al aan dit verschil tussen de Engelsen en de Mogols is af te lezen dat het niet gaat om politieke en militaire overheersing, maar om een religieuze tegenstelling.
Wie waren de Mogols? De Mogols waren een verzameling van cultureel verwante clans in het noorden van het huidige Pakistan en India die afstamden van de Mogols in centraal Azië en van Turkse stammen. Ze hadden daarnaast Arabische en Perzische wortels. Zij vormden dus een verzameling van verschillende volkeren. In de 13e en 14e eeuw, lang voordat Columbus zogezegd Amerika ontdekte, belegerden zij gebieden in Azië en ook in het huidige India. Het Mogolrijk was officieel gevestigd door Babur die gedurende korte tijd 1526-1530 de heerser was. Het Mogolrijk duurde formeel van de 16e tot het begin van de 18e eeuw, dus zo’n tweeënhalve eeuw, maar het is goed te benadrukken dat het rijk zich in verschillende tijdvakken langzaam uitbreidde. Dat is goed te zien op onderstaande kaart.
Let op de grenzen van het rijk. Het loopt in het noordwesten naar het huidige Afghanistan, hoewel naar het oosten, richting Bangladesh, de militaire en culturele bezetting mager was. Het centrum was lange tijd Kabul, maar bezien vanuit het perspectief van het huidige India is het Mogolverhaal een midden- en noord-Indiase verhaal. Daar zien we ook het meeste erfgoed van deze beschaving. Vanaf het begin van de 18e eeuw begon het rijk af te brokkelen. Dat had tal van interne oorzaken, maar ook de toenemende invloed van de Engelsen was daarbij beslissend voor de val.
Volgens het Hindutva verhaal waren de Mogols een buitenlandse macht die het soevereine India binnenvielen, militair veroverden en bestuurlijk en cultureel onderdrukten. De vooronderstelling hierbij is dat de India destijds alleen uit Hindoes bestond en de militaire invasie van de Mogols een Islamitische operatie was. Een simpele voorstelling dus van twee religieuze kampen die politiek en militair tegenover elkaar stonden. Deze voorstelling kent drie onjuistheden.
Ten eerste, het India zoals we dat nu kennen bestond toen niet. Het huidige India is pas in 1947 ontstaan tijdens de onafhankelijk waarbij Pakistan en Bangladesh (toen Oost-Pakistan genoemd) zich afscheiden van British India. Voorheen bestond British India uit een veelheid van stammen, etnische gemeenschappen en volkeren die qua economie, bestuursvorm, taal, godsdienst, tradities, zeden en gewoonten sterk van elkaar verschilden en soms een grote autonomie bezaten. Deze gemeenschappen waren toen betrekkelijk gesloten en hadden niet veel contact met elkaar, mede doordat wegen en bruggen nauwelijks aanwezig of slecht ontwikkeld waren. Ook de omvang van de bevolking was verschillend. Gezaghebbende bronnen schatten de bevolking in 1600 bijvoorbeeld op 130 miljoen. Maar andere bronnen (zoals Deer in zijn tweedelige A History of Sugar) noemen hetzelfde getal voor het jaar 1800. Hoe het ook zij, de dichtheid van de bevolking was veel geringer, de bevolking was veel meer divers en geïsoleerd van elkaar. Het Mogolrijk bestond dus uit een lappendeken van gemeenschappen, waarvan sommige zeer autonoom waren, die onderling ook oorlog voerden en wrede moordpartijen pleegden.
British India werd door de Engelse kolonisator gesmeed. De onderstaande kaart geeft een belangrijk verschil weer tussen het Mogolrijk (zie boven) en het Britse rijk (zie hieronder).
Het belangrijkste verschil is dat het gebied van de Mogols zich richting Kabul naar het noordwesten uitstrekte, terwijl het Britse rijk zich richting Birma uitbreidde. De kaart van de Britse overheersing laat ook zien dat de kolonisatie alleen in de bruin gekleurde gebieden had plaatsgevonden. De gebieden geduid met ‘Indian Princely States’ werden geregeerd door Indiase koningen en heersers met verschillende andere titels. Deze bestuurlijke verbrokkeling was tijdens de Mogol periode nog groter doordat de bevolking en de economie toen minder waren ontwikkeld.
Kortom, als India niet bestond en het toenmalige Zuidoost Azië bestond uit een grote verzameling van verspreid levende autonome gemeenschappen, wie was dan intern en wie extern? En hoe kan je dan beweren dat de Mogols, die zelf zeer diverse waren, India waren binnengevallen? Er bestond geen India als bestuurlijke eenheid of als natie. Het desbetreffende gebied, waarvan een getrimde versie nog steeds bekend staat als Zuidoost Azië, was en is nog steeds zeer heterogeen.
Een tweede probleem met de Hindoe-Moslim tegenstelling, die in de Hindutva versie samenvalt met Hindoes en Mogols, is de veronderstelling dat vóór de vestiging van de Mogols er geen Moslims in Zuidoost Azië woonden. Dat getuigt van een opvallend gebrek aan historische kennis. Ruim drie eeuwen gerekend vanaf het jaar 1200, dus lang voordat onze vriend Christoffel Columbus zogezegd Amerika ontdekte, heeft er een machtig Delhi Sultanaat bestaan dat verschillende dynastieën heeft gekend en wier gebied zich uitstrekte tot grote delen van het huidige India, Pakistan, Bangladesh en Nepal. Deze moslims kwamen ook in conflict met de Mogols en hebben lange tijd tegen de nieuwe heersers stand gehouden. Het is goed dit te benadrukken: elke heerser was een vreemdeling omdat India als land niet bestond. Dus een heerser uit Rajasthan die naar het zuiden trok was een vreemdeling, zoals een heerser uit Maratha die naar Delhi trok daar ook een vreemdeling was. De grote conflicten in zuidoost Azië waren niet religieus, maar economisch, militair en politiek.
Een derde misverstand is het idee dat India altijd een land van Hindoes was. Die indruk is volgens mij vooral ontstaan door het idee dat de Hindoe-fundamentalistische werken als de Veda’s eeuwen voor de christelijke jaartelling waren geschreven. Hoewel er veel mystiek en mysterie bestaat rondom Hindoegeschriften is dit argument onhoudbaar. Het bestaan van religieuze of politieke teksten wil niet zeggen dat een hele bevolking die religie of politieke ideologie aanhangt. Dat geldt voor alle grote godsdiensten die er eeuwen over hebben gedaan om een bevolking voor zich te winnen. Dat kwam onder nadere door de gebrekkige infrastructuur, de lage geletterdheid van de bevolking en geringe ontwikkeling van communicatiemiddelen.
Bovendien, godsdienstwetenschappers, in zowel India als daarbuiten, zijn het erover eens dat er geen Hindoeïsme bestond. Deze term was door de Engelsen ingevoerd om de grote verzameling religieuze culturen te duiden. Het was geen term die de bewoners van Zuidoost Azië zelf gebruikten. Het enige dat de veelheid van religies gemeen hadden was, zoals een collega dat uitdrukte, dat ze allemaal op de bodem van het huidige India waren ontstaan. Later hebben religieuze hervormers, getracht om de diversiteit te herinterpreteren als een drie-eenheid (Brahma-Vishnu en Shiva) of als een monotheïstische godsdienst (de Arya Samaj) naar het christelijk model van de God de vader, de zoon en de heilige geest. Maar deze filosofische ingreep heeft de grote variatie aan religieuze praktijken niet aangetast.
Samenvattend: lang voor de komst van de Mogols bestonden er Islamitische rijken in India die net als andere heersers in het subcontinent verzet boden aan de Mogols. De bevolking van Zuidoost Azië was zeer divers en er was geen politiek-bestuurlijk verband dat je ‘India’ kon noemen. Daarmee is de bewering dat de Mogols India zijn binnengevallen onhoudbaar geworden. Een tweede bewering is dat de Mogols de Hindoese bevolking van India eeuwenlang heeft onderdrukt. Deze moslim-Hindoe tegenstelling vervalt als je bedenkt dat lang voor de vestiging van de Mogols in Zuidoost Azië het subcontinent al bevolkt werd door grote aantallen Moslims die ook te lijden gehad onder de Mogols. Dus niet alleen de Hindoes bestonden uit verschillende godsdiensten, ook de Moslims bestonden uit verschillende culturen die elkaar soms bestreden en geen eenheid vormden. De religieuze praktijken van de bevolking was zeer verschillend. Dus als er geen India bestond, de verschillende religieuze gemeenschappen religieus en cultureel heterogeen waren, de moslims in verschillende variaties en culturen bestonden en de Engelsen nog geen ‘Hindoes’ hadden uitgevonden, wie is wat binnengevallen?