Religie en openbaar leven in Suriname: een reflectie
Enkele weetjes op een rij. Suriname staat volgens de Pew Religious Diversity Index op de eerste plaats binnen de Caraïbische en Latijns-Amerikaanse regio, en de vierde plaats wereldwijd. Een hoge score dus. Verder scoort Suriname relatief laag als het gaat om overheidsrestricties op religie en algemene sociale hostiliteit. Hiernaast blijkt dat religie lokaal erg belangrijk is voor personen. Volgens de Latin American Public Opinion Project (LAPOP) barometer van 2014 is religie belangrijk voor tenminste driekwart van de onderzochten in Suriname. Ook hebben zij een groter vertrouwen in religieuze organisaties dan in politieke instituten. Deze feiten tonen aan dat onze religieuze diversiteit een relatief goede internationale reputatie heeft en dat in eigen land religies een betere waardering genieten vergeleken met niet-religieuze instituten.
Algoe analyseerde Starnieuws berichten over religie gepubliceerd in 2020, waarbij ze zich onder andere concentreerde op de inhoud en de auteur van het bericht. Ze keek vooral naar ingezonden berichten. De resultaten laten zien dat er een onderscheid is tussen berichten van politieke organisaties, religieuze organisaties en burgers. Er waren even veel berichten van politieke partijen als religieuze organisaties, maar de inhoud verschilde. De berichtgeving van de religieuze organisaties betreft maatschappelijke onderwerpen zoals feestdagen, de COVID-19 pandemie, algemene updates over religieuze organisaties, de verkiezingen en interreligieuze relaties. Hierdoor vervullen de religieuze organisaties via de berichtgeven een informerende en opvoedende rol. Dit zien wij niet terug bij de politieke partijen, die overwegend ingaan op religieuze feestdagen.
Concluderend geeft ze aan dat in het openbaar leven de politiek via berichtgeving over religie zorgt voor kennis en algemene informatie, terwijl de publieke opinie daar niet altijd lovend over is. Dit is begrijpelijk, zegt ze, zeker wanneer instituten met regeerverantwoordelijkheid de moraliteit onvoldoende in de praktijk brengen die ze prediken in “Gods huis”. Ze gaf aan dat er weinig spelers zijn die de relatie tussen religie en openbaar leven op zowel een kritische, maar ook een voorzichtige wijze kunnen bespreken. De staat, met name de president, draagt enerzijds de religie-vriendelijkheid uit, maar weerspreekt dit anderzijds met sommige politiek-bestuurlijke strategieën. Religieuze organisaties hebben verder links met politieke partijen en overheidsinstituten. Voor een veerkrachtige maatschappij horen deze links regelmatig intern geëvalueerd te worden. Het is verstandig te investeren in interreligieuze communicatie en conflict resolution vanuit de krachten van het maatschappelijk middenveld.
Na de lezing is er vooral gediscussieerd over de publieke beleving van culturele diversiteit en harmonie, m.n. de “bromtji djari”, en hoe Surinamers dit benaderen. Algoe heeft vooral gesproken over gebrek aan beleidsvorming voor de handhaving van culturele diversiteit. Ook is de rol van sociale media bij interculturele relaties, waaronder interetnische relaties, besproken. Verder is het belang benadrukt van het onderwijs en civil society voor het bewaken en versterken van maatschappelijke veerkracht binnen de Surinaamse samenleving, en weerstand te bieden tegen de door sociale media gecreëerde polarisatie.
Dr. Kirtie Algoe