‘Via mijn dromen merk ik dat er meer bestaat dan dat wat wij mens noemen’

Bas Klinkhamer: ‘Dromen schudden je wakker.

In een voormalig klooster verdiepen cursisten zich met dromenexpert Bas Klinkhamer in de zeggingskracht van hun ‘nachtelijke reizen’.

Minstens één keer per week schrikt Hélène Douw van der Krap (50) op uit een nachtmerrie. Steeds weer ziet zij dezelfde huiveringwekkende beelden voor zich. Het begint met een theatervoorstelling, die niet doorgaat omdat er net een moord is gepleegd. Wanneer ze met de bus naar huis vlucht, voelt ze dat de moordenaar het ook op haar heeft gemunt. Eenmaal thuis, merkt ze dat haar belager al binnen is. “Ik loop naar boven, naar de moordenaar toe”, vertelt ze. “Ik kijk hem aan. Het is een vriend van mij. Hé, jij?, roep ik angstig uit. Dan ben ik wakker.”

Douw van der Krap wil van deze nachtmerrie af. Hoopvol kijkt ze de kring van merendeels vrouwen rond. Mensen tussen de twintig en de vijftig, op stoelen dicht bij elkaar, met een gezamenlijke interesse in de verborgen boodschap van dromen: welke ambities, twijfels of heimelijke wensen onthullen die?

De workshop is onderdeel van de conferentie ‘Beelden van de ziel’ door opleidingsinstituut Itip waarbij ook aandacht is voor de I Tjing, tarot en het sjamanisme. Volgens het Itip bieden de symbolen, kleuren, landschappen, dieren, mensen en ontmoetingen die tijdens een visualisatie of in een droom naar voren komen, hulp bij de persoonlijke ontwikkeling.

Drie dromen

Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat ieder mens iedere nacht minstens drie dromen heeft. Die zijn al vijfentwintig jaar een dankbare bron voor Itip-directeur Bas Klinkhamer bij de begeleiding van mensen met levensvragen en bij organisatieontwikkeling. Hij schreef erover in zijn onlangs verschenen boek ‘De nachtelijke reis: dromen als bron van hulp’.

Op verschillende plekken in Leerhotel Het Klooster in Amersfoort – twintig jaar geleden baden hier nog de paters van de orde der Kruisheren – verdiepen groepen mensen zich met behulp van dromenexpert Klinkhamer in de zeggingskracht van de ‘nachtelijke reis’.

Douw van der Krap komt in het midden staan. Ze sluit haar ogen om zich beter te kunnen concentreren. “Waar zit de meeste spanning?”, vraagt Klinkhamer. “Vlak voor het moment dat ik de moordenaar aankijk.”

De workshopleider die al die tijd dicht naast Douw van der Krap staat, pakt haar hand. “Dan gaan we naar dat moment toe.” Klinkhamer knielt en kijkt naar haar op. “Wat voel je?”, vraagt hij. “Er moet iets veranderen”, luidt het antwoord. “Wat moet er bij jou veranderen?” Douw van der Krap: “Ik wil meer erkenning voor wat ik doe en gedaan heb op mijn werk”. Klinkhamer: “Die wens tot erkenning, kun je dat voelen, waar voel je dat?” Douw van der Krap legt een hand op haar buik, de andere op haar hart. Ze zucht, glimlacht en gaat, zichtbaar opgelucht, weer in de kring zitten. “Ik snap waar dit over gaat. Ik kan hier verder mee aan de slag.”

Een droom geeft aanwijzingen, denkt Klinkhamer. “Een droom schudt wakker, confronteert en laat je genieten. En een droom toont wat er onder de oppervlakte van je bewustzijn leeft. Inhoudelijk valt over een aantal dromen op voorhand al te zeggen dat ze belangrijk zijn: over overledenen, dieren en geboorte. Hetzelfde geldt voor dromen die zich herhalen, waarin je een obstakel tegenkomt, wordt dwarsgezeten of een geschenk krijgt. Dromen kunnen bovendien leiden tot creatie. ‘Yesterday’ van de Beatles ontstond door een deuntje waarmee Paul McCartney wakker werd.”

Als dromen zoals u schrijft hulp bieden, waar komt die hulp dan vandaan?

“Ieder mens kan voor zichzelf beslissen wat dat is. Het onbewuste, de spirituele wereld of de goddelijke wereld, is wat ik wel terug hoor. Ik heb daarover de afgelopen vijftien jaar geen duidelijke en eenduidige stelregel ontwikkeld. Tijdens lezingen en retraites zeg ik vaak: de roep van de droom komt voort uit het diepste wat jij kent.”

Dus u houdt het bij de mens, u gaat niet uit van een hoger iets.

“Toch wel. Via mijn dromen merk ik dat er meer bestaat dan dat wat wij mens noemen. Ik vergelijk het met een bloem, die geworteld is in de stengel en ook in de wortels. Het is lastig te zeggen in hoeverre de bloem anders is dan de stengel en dan de wortels. Ik ervaar dat ik deel uitmaak van iets dat groter is. Waardoor ik ik ben.”

Een panklare interpretatie van dromen is er niet, stelt Klinkhamer. Veel voorkomende symbolen als een rivier, een bergtop, een kruis, een slang, een ravijn, een cirkel of een troon hebben een algemene betekenis. “Maar die hebben ook allemaal een persoonlijke waarde.”

Wie de dromenuitlegger in actie ziet, merkt dan ook dat hij zijn vragen en reacties afstemt op de dromer. Die geeft, vertelt Klinkhamer, met de intonatie van de stem, gezichtsuitdrukking en lichaamshouding net dat signaal af waaruit blijkt of die onbewust van een bepaalde duiding terugdeinst of er juist naartoe wil. Klinkhamer: “Mensen vertellen me in feite hun geheimen”.

Volgens hem komt dat doordat het aan de menselijke geest eigen is om bepaalde zaken wel op te merken, maar niet tot het bewustzijn te laten doordringen. “In de nacht, waarin ons zelfbeeld en onze sociale aanpassing wegvallen, komt datgene naar boven wat we eigenlijk van onszelf wel weten, maar niet willen zien.”

Ook kan het zijn dat een heftige ervaring uit het verleden in de droom terugkeert: “Iets waarvan je overdag denkt dat je er klaar mee bent. Uit de droom blijkt dan dat er nog iets achter ligt waarmee je in het reine wilt komen.”

Inzicht in de betekenis van de droom leidt tot het nemen van andere besluiten, zegt u.

“Dromen zijn heel behulpzaam bij het nemen van complexe beslissingen waarbij je niet een-twee-drie een lijstje kunt afvinken. Die plus-en-min-rijtjes zijn allemaal projecties en we weten toch nooit zeker wat het wordt. Via de droom krijg je informatie uit het onderbewuste, de intuïtie. Zo krijg je duidelijk waar je staat, waarnaar je verlangt en wat je zoekt. Dat zijn belangrijke aspecten om in een beslissing mee te nemen.”

Waar droomt u zelf nog van?

“Wat ik graag zou zien is dat collega’s elkaar niet alleen vragen naar hoe hun weekend was, maar ook naar wat zij hebben gedroomd. Zodra dat gebeurt, maken mensen contact. Je ziet hun non-verbale houding veranderen: ze komen dichter naar elkaar toe. Zo vergroot je de cohesie en het gevoel van vertrouwen in het team of op een afdeling. Ik zie een directieoverleg voor me, waarin er naast doelstellingen, cijfers en spreadsheets ook ruimte is om te spreken over indrukwekkende dromen of nachtmerries.”

Bron: TROUW