Vrije partnerkeuze voor alle niet-westerse vrouwen is nog brug te ver
Ruim vijftien jaar geleden, toen ik begon te schrijven over de emancipatie van vrouwen met een migratieachtergrond, was mijn boodschap heel eenvoudig: ‘Eis je rechten op!’ en ‘kies voor jezelf en je eigen geluk!’
Het ging me om de autonomie van vrouwen en hun vrijheid zelf te bepalen hoe ze hun leven inrichten, bijvoorbeeld met wie ze zouden huwen. Dat ligt in vele migrantengezinnen zeer gevoelig. Veel ouders gaan er bijvoorbeeld van uit dat zij een partner kiezen voor hun dochter (en trouwens ook voor hun zoon). Destijds geloofde ik dat als jonge mensen zich maar meer bewust zouden worden van hun rechten, hun zelfbeschikking vanzelf zou volgen, omdat ze die dan wel zouden opeisen tegenover hun ouders.
Campagnes
De vrije partnerkeuze staat ook al jaren maatschappelijk volop in de aandacht. Er zijn diverse campagnes van overheden en ngo’s geweest, zoals de campagne ‘Praten over je eigen keuzes’ en recent nog de postercampagne van Shirin Musa, directeur van Femmes for Freedom, met de slogan ‘In Nederland kies je je eigen partner’. Er is duidelijk een grote wens om de keuzevrijheid ook te zien groeien bij mensen met een migratieachtergrond, in het bijzonder de vrijheid om je levenspartner zelf te kiezen.
Feit is echter dat veel vrouwen met zo’n achtergrond de keuze voor zichzelf niet maken. Misschien leggen ze zich neer bij de ouderlijke keuze, of sterker nog, willen ze juist dat hun ouders een partner voor ze uitkiest. Al die campagnes blijken voor hun dus niet of nauwelijks te werken. Als je echt wilt dat die vrouwen zelf gaan kiezen zijn veel verdergaande maatregelen nodig.
Pre-moderne collectivistische cultuur
We moeten ons goed realiseren dat vele migranten deel uit maken van een pre-moderne collectivistische cultuur. In zo’n cultuur gaat de groep boven het individu, dat geacht wordt zich aan te passen aan en zich te laten leiden door de groep. Een dergelijke onderschikking van het individu is niet irrationeel. Althans niet in –omstandigheden van groot gevaar en diepe onzekerheid. Het individu kan dan niet overleven zonder hulp van de groep, en de groep kan het individu niet beschermen als deze niet doet wat de groep van hem vraagt.
In het Westen zijn, nog niet zo lang geleden, rechtsstaten ontstaan en, nog korter geleden, verzorgingsstaten. Sedertdien hebben individuen hier ook buiten de groep veiligheid en zekerheid. Dat leidde ertoe dat de groep steeds losser werd en in veel gevallen ook helemaal verdwenen is, waardoor het individu in het Westen nu een vrijwel volledige keuzevrijheid heeft.
Als je vindt dat vrouwen (en mannen) met een migratieachtergrond ook een zo vergaande keuzevrijheid moeten hebben, moet je dus de groep waarvan ze deel uitmaken, die nog heel sterk is, substantieel verzwakken of zelfs vernietigen. Want zolang die groep sterk is, zullen ze geen keuzevrijheid hebben.
Kan dat? Alleen door maatregelen die DDR- of Noord-Koreawaardig zijn. Dat moeten we dus niet eens willen. Maar dat betekent dat die groepen er voorlopig zullen blijven. En dat betekent weer dat vrouwen uit dergelijke groepen niet of nauwelijks keuzevrijheid zullen hebben of nemen.
Daar is niets aan te doen. De waarheid is niet altijd leuk.
Bron: TROUW