Waarom algen de wereld gaan redden

 Buitenbeeld

Algen maakten de aarde leefbaar, maar nu we de oude voorraad verstoken warmt de planeet op. De oplossing zit in diezelfde algen.

Hoe dikker, hoe beter, is het motto van algenonderzoeker Peter Mooij. Want hoe dikker de alg, hoe meer olie erin zit. Gezonde olie vol omegavetzuren, ook bruikbaar als klimaatvriendelijke brandstof. Mooij zoekt naar de beste manier om die dikke algen te kweken. Prachtig werk, vindt hij. “Wat druppels zeewater in je kolf, een paar uur wachten en je kolf is prachtig groen. Je begint met een hele dierentuin, maar na een paar weken heb je alleen de dikste algen over.” Zijn bewondering voor algen resulteerde in het populairwetenschappelijke boek ‘De dikke alg’ waarin hij iedereen uitlegt waarom algen de wereld gaan redden.

 Algenolie heet al veertig jaar de brandstof van de toekomst. Wanneer rijden we er echt op?

“De eeuwige belofte, ja. Toen ik een bekende pionier in algenolie, de Amerikaan John Benemann, vertelde dat ik een boek aan het schrijven was over hoe algen de wereld gaan redden, reageerde hij met: ‘Ik hou wel van fictie’. Maar rijden op algenolie kan al. In het boek vertel ik ook hoe mijn vriend en ontwerper Ritsert Mans een houten motorfiets bouwt en ermee over het strand racet op algenolie. Alleen is die olie nu nog vijf- tot tienmaal duurder dan diesel.

Dat ligt overigens niet aan de algen. Die groeien gratis in zout water op een beetje zonlicht en pokon. Maar in een liter water zit maximaal een paar gram olie. Algen belanden al snel in elkaars schaduw, ze verdringen elkaar voor zonlicht. De kosten zitten daardoor vooral in het scheiden van algen en water om daarna de olie eruit te persen. Er zijn allerlei slimme vondsten bedacht: centrifuges, zinkbakken, et cetera. Maar algenolie kan pas echt een beetje concurreren als aardolie een eerlijke prijs krijgt. Een prijs waarin de schade door CO2-uitstoot is doorberekend.”

Is koolzaadolie dan geen betere optie?

“Algen leggen geen beslag op landbouwgrond of zoet water, daarin zijn ze echt uniek. Met een gebied ter grootte van Portugal zou je de hele huidige brandstofbehoefte in Europa kunnen dekken. Dat is overigens niet nodig. Auto’s zullen elektrisch gaan rijden. Maar voor schepen en vliegtuigen heb je een brandstof met hoge energiedichtheid nodig. Diesel en kerosine hebben dat, maar dat is in feite niets anders dan fossiele algenolie.”

In ‘De dikke alg’ schetst Mooij de evolutie op aarde aan de hand van de alg. Bij hoofdstuk één start een levenslijn. Lange tijd kabbelt die lijn onderaan alle bladzijden zonder enig vermeldingswaardige activiteit. Tot op pagina 46 een borrelend potje oersoep verschijnt. Op de helft van het boek duikt de eerste alg op. De mens laat zich pas zien op de allerlaatste bladzijde. “Ik heb het voor de zekerheid drie keer nagerekend. Maar op de tijdschaal van de evolutie stellen we echt zo weinig voor”, benadrukt Peter Mooij. En dat is ook een boodschap die hij wil overbrengen. “We verwonderen ons vaak over het leven, over de complexiteit. En prachtig is het leven zeker, al zitten er ook veel houtje-touwtje-oplossingen tussen.

Maar als je het leven beschouwt op die enorme tijdschaal wordt het tegelijkertijd logisch. Die tijdlijn laat je dat beseffen.

De natuur heeft miljarden jaren de tijd gehad om allerlei oplossingen uit te proberen. En is daarom nu een enorme schatkamer aan vondsten. Een slimmere oplossing bedenken voor een probleem dan de natuur voorhanden heeft, lukt je niet snel.”

In de miljarden jaren waarin de algen op aarde rondzwemmen, hebben ze de planeet drastisch veranderd. De eerste blauwgroene alg bijvoorbeeld veroorzaakte een zuurstofrevolutie. Ze gebruikt water in plaats van waterstofsulfide voor fotosynthese.

Omdat water volop aanwezig is, zorgt de uitvinding voor een enorme algenbloei in alle oceanen. Het bijproduct, zuurstof, belandt in de atmosfeer. In de hoogste lagen zorgt die zuurstof voor een beschermende ozonlaag waardoor ook leven op land kan ontstaan.

Mooij beschrijft de hele algengeschiedenis als een vrolijke fan. Alles is te begrijpen zonder voorkennis en behapbaar dankzij veel, soms hilarische vergelijkingen (‘de auberginekringloop’) die wel werken. Ondertussen bouwt Rits in onderbrekende hoofdstukjes aan zijn houten motorfiets.

Verontrustend is dat de mens, die dus pas op de allerlaatste bladzijde op de tijdlijn verschijnt, in die evolutionair ultiem korte tijd de CO2-concentratie merkbaar verhoogt door in rap tempo alle fossiele algen op te stoken. Maar de oplossing biedt Mooij ook: recente algenolie.

Heb je zelf plannen om algenolie te produceren?

“Ja. Ik ben pas gestart met een nieuw onderzoeksproject in Amsterdam. We willen olie winnen uit algen die afvalwater zuiveren. Het is een onderzoeksproject, maar ik hou ervan dingen ook concreet te maken. Het idee is dus om algenolie te produceren en te verkopen voor op tafel. Straks staat er in restaurants wellicht geen flesje olijfolie op tafel voor op de salade, maar een flesje Amsterdamse algenolie.”

Algenolie kun je eten?

“Zeker. De Azteken droogden algen in de zon in de bloeitijd en aten het als een soort cake. Ze zijn ook heel eiwitrijk. En in Azië zijn algen en zeewier allang voedsel. Algenolie is hier nu verkrijgbaar als vervanger van visolie, in van die omega-3-capsules. Vervanger is eigenlijk niet het goede woord. Vissen nemen die oliën op uit algen. Het is dus eigenlijk veel logischer ze rechtstreeks uit algen te persen. Op het lab in Delft trakteerde ik overigens graag op algencake op mijn verjaardag. Gewoon flink wat spirilunapoeder uit de natuurwinkel door je deeg, en de cake wordt prachtig groen.”

Nog andere algenplannen?

“Ik ben ook betrokken bij een algenproject op Mauritius. Algen groeien daar het hele jaar rond, dankzij veel zon en warm zeewater. Een bedrijf wil gebruikmaken van een kweekstrategie die ik in mijn promotietijd heb bedacht om zo dik mogelijke algen te kweken. Daar is inmiddels patent op aangevraagd. Je kunt meer dikke algen kweken door de beestjes bijvoorbeeld overdag veel licht en CO2 te geven, maar alleen ’s nachts de stoffen die nodig zijn voor celdeling. De gulzigste algen hebben ’s nachts de meeste reserves en delen zich daardoor het snelst. Zo worden juist die dikke algen steeds talrijker. Dat is ook het mooie aan algenkweek: je ziet evolutie voor je neus gebeuren.”

De Amerikaanse ondernemer Russ George gooide in 2007 hondertwintig ton ijzersulfaat in de Stille Oceaan om algen te laten bloeien en zo grote hoeveelheden CO2 weg te vangen. Is dat geen simpelere oplossing om met algen klimaatverandering tegen te gaan?

“Het resultaat was massale algenbloei: een groenblauwe strook in de oceaan die te zien was vanuit de ruimte. IJzer is de limiterende factor voor algengroei. En omdat algen aan het eind van hun leven zinken, vang je zo inderdaad CO2 weg. De Haida-eilanden die het project meefinancierden, zagen hun zalmvangst in de jaren erna verdubbelen.

Trump schijnt ook een grote fan te zijn van dit soort geo-engineering. Maar je overziet de risico’s niet. Er zouden bijvoorbeeld grote zuurstofloze gebieden kunnen ontstaan als de algen afsterven. Net als bij klimaatverandering weet je niet waar het eindigt. Maar ik ben zeker geen doemdenker als het om klimaatverandering gaat. De oplossingen zijn er al. Als we snel iets doen, lossen we het probleem op.”

Wie is Peter Mooij?

Peter Mooij (1985) studeerde Life science & technology en promoveerde aan de TU Delft op algenonderzoek. Momenteel werkt hij als post-doc bij het Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Solutions (AMS). Hij is ook medeoprichter en organisator van het duurzame jaarlijkse muziekfestival MadNes op Ameland. Tijdens zijn promotie blogde hij over zijn onderzoek via ‘Faces of Science’ en was hij regelmatig te gast op radio en tv.

Mooij woont in Zandvoort samen met zijn vriendin en is net vader geworden.

Bron: https://www.trouw.nl/groen/waarom-algen-de-wereld-gaan-redden~ab3c9d4c/